Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 juni 2025


Immers de grondslag dezer namen, het woord kuiper, is Nederlandsch; de uitgangen i en us zijn latynsche formen, en de é en de ou fransche letterteekens. Zulke geslachtsnamen zijn, in taalkundig opzicht, ware wanwoorden.

Rozeke trad binnen en zag hem in het midden van de kamer staan, knap en slank, met lange blonde snor en warme wangen, de overjas open en zijn hoed in de hand. "Wilt g'as 't ou b'lieft nog 'n beetse wachten, meniere?" vroeg zij schuchter. "Zeker,... zeker," antwoordde hij; en meteen wenkte hij haar bij zich, de gesloten rechterhand tot haar uitgestoken.

"Ivo," begon ze eindelijk, zonder hem aan te durven kijken en met een stem waaraan zij weer vruchteloos poogde kracht en vastheid te geven, "Ivo, 't Geluw Meuleken kloagt over ou, as da ze 'n kind van ou moe krijgen en da ge mee heur nie 'n wilt treiwen." Zij hief het hoofd op en keek hem aan, plichtmatig-berispend, één enkele seconde.

Wordt er nog altijd van mij nie geklapt?" "Joa 't, zille, lieven Hiere, 't wor zéker van ou geklapt! Ze 'n klappen van nie anders mier," zegt al zuchtende den ijngel Gabriël. "'t Es stanvastig: "Och Hier! alhier" en "och Hier! aldoar!" En zuchten en schriemen en kloagen! en nievers gien beetste leute mier!

3o La transformation d'un roman en pièce de théâtre, ou d'une pièce de théâtre en roman, rentre dans les stipulations de l'article 10.

Jean le Meingre, gewoonlijk genoemd le maréchal Boucicaut, heeft zijn land gediend in groote rampen. Hij was met Jan zonder Vrees in 1396 bij Nicopolis geweest, waar het Fransche ridderleger, roekeloos uitgetrokken om den Turk weer uit Europa te drijven, door Sultan Bajazid vernietigd werd. Hij is opnieuw gevangen gemaakt bij Azincourt in 1415, en zes jaren later in gevangenschap gestorven. Een bewonderaar heeft nog bij zijn leven in 1409 zijn daden te boek gesteld, op grond van zeer goede inlichting en documenten, doch niet als een stuk tijdsgeschiedenis maar als het beeld van den idealen ridder. De realiteit van dit veelbewogen leven verdwijnt achter den schoonen schijn van het ridderbeeld. De vreeselijke katastrofe van Nicopolis heeft in Le Livre des faicts maar een flauwe kleur. Boucicaut wordt geschilderd als het type van den soberen, vromen en tegelijk hoofschen en geletterden ridder. De afkeer van rijkdommen, die den waren ridder eigen moest zijn, spreekt uit het woord van Boucicaut's vader, die zijn erfgoed had willen vergrooten noch verkleinen, zeggende: als mijn kinderen rechtschapen en dapper zijn, zullen zij genoeg hebben; en als zij niets waard zijn, zou het jammer wezen, dat hun zooveel bleef nagelaten. Boucicaut's vroomheid is van een streng puriteinsch karakter. Hij staat vroeg op, en blijft wel drie uren in gebeden. Hoe gehaast of bezig ook, hoort hij iederen dag geknield twee missen. Vrijdags kleedt hij zich in het zwart, op Zon- en feestdagen doet hij te voet een bedevaart of laat zich voorlezen uit het leven der heiligen, of uit de geschiedenissen "des vaillans trespassez, soit Romains ou autres", of hij spreekt met anderen van devote dingen. Hij is matig en sober, spreekt weinig en meest over God, de heiligen, de deugd of de ridderlijkheid. Ook al zijn dienaren heeft hij gewend aan devotie en betamelijkheid, en hun het vloeken afgeleerd. Hij is een ijverig voorstander van den edelen, kuischen vrouwendienst; hij eert allen om eene, en sticht de orde "de l'écu verd

Les discours prononcés dans les assemblées délibérantes ou dans les réunions publiques peuvent être reproduits dans un but d'information ou de discussion. Article 9 La cession des droits appartenant

Eens dat wij van romans spraken en ik mij ergerde over het onwaarschijnlijke der meeste voorvallen, die ons in dat slag van werken worden opgedischt: " trouvera-t-on le romanesque, si ce n'est dans les romans," vroeg hij lachende. "Ja!" zeide ik: "dat is even als de boef, die vroeg, waar de valsche eeden toe dienden, als men ze niet gebruiken mocht?"

De boeren woaken op ou en ze zillen ou omverre steken mee ulder vurke, lijk ne roazenden hond, en ge zilt tot in der ieuwigheid in d' Helle branden! En past ou op, sloeber, da ge mij euk nie 'n beteuvert! Eigenaardig was de houding van "den Binder" onder dien stormvloed van verwijten.

Nien ik, 'k 'n herken ou niet, antwoordde ik met volle oprechtheid. Bruuntje Geelewie, herinnert-e gij ou Bruuntje Geelewie nie meer? glimlachte hij.

Woord Van De Dag

sexualiteit

Anderen Op Zoek