Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 juli 2025


En zij meende goed te zien: er was nog niets tusschen hen verhandeld. Wat draalde Eline toch! Neen, dan had zij, Betsy, het eenvoudiger gedaan; zij had Van Raat kalm geaccepteerd, toen hij haar in zijn onhandigheid gevraagd had.... Waar zat Eline toch over te zeuren? Waarom zou ze Erlevoort nu in 's hemels naam niet aannemen?

Hedwig vond dit echter geen reden waarom hij den geheelen weg over behoefde te loopen zeuren en toen hij niet ophield en al maar op één dreun met een treurig doffe stem bleef drenzen dat hij zoo moe was, zóó moe, riep Hedwig opeens: "Weet je wat?" Boy hield onmiddellijk op met schreien en keek haar aan; zijn belangstelling was gewekt.

In sommige van jouw dingen zou ik in het geheel niet graag deelen. Maar wij moeten hier niet staan zeuren; ik moet Amy nog helpen; verdwijn dus maar gauw, en maak je netjes; en als je dan zoo goed wilt zijn om Hayes nog een mand met mooie bloemen naar de zaal te laten brengen, zal ik je mijn leven lang zegenen."

O, ik ben ook wel gelukkig, en ik wil niet zeuren, maar het is toch net, of je meer verlangt, naarmate je meer krijgt; vindt jullie niet? Ziezoo, de bak is klaar en alles is er in, behalve mijn baljapon, die ik maar voor Moeder zal laten," zei Meta opvroolijkend, toen ze van den halfgevulden koffer naar het keurig gestreken neteldoekje keek, dat ze zeer gewichtig haar "baljapon" noemde.

En het is al lang donker, en op zijn baleh-baleh ligt de akkerman zichzelven in slaap te zeuren met een of anderen eentonigen deun, als nog langs de dorpsstraat de dubbele tik van haar weefspoel klinkt, bij het licht van een pitje in een halven klapperdop vol olie heen en weer geworpen door de schering: de ijverige huismoeder doet af wat zij nog afgedaan kan krijgen van haar eindelooze taak om haar gezin in de kleeren te houden, met twee stel van alles voor ieder per jaar.

Hij hoorde de geluiden in de lucht vergaan, hij hoorde niets meer dan het gesoes in zich zelven, het zeuren en neuriën van den deun: «we gaan niet dood!"

Jantje zou voor den achtsten keer jarig worden. Zijn vader had hem beloofd, dat hij den volgenden morgen een prachtig cadeau van hem zou krijgen, maar van die belofte had hij later erg veel spijt, want Jantje wilde met alle geweld weten, welk cadeau dat was, en hij hield niet op met zeuren. Zijn Vader wilde het echter niet zeggen. "Morgenochtend zul-je het wel zien," zei Dik.

Ze schoven aan tafel, verwisselden hun zakdoeken voor servetten, en waren binnen tien minuten allen weer op streek. "Hopen en werken," dat is een mooi motto voor ons; laten w' eens zien, wie dat het best onthoudt. Ik zal als naar gewoonte naar Tante March gaan; maar o, wat zál ze zeuren!" zei Jo, die met vernieuwden moed van haar kopje zat te genieten.

"Nou, en al zeuren we der nog een uur over," zei Sien, "z'n vader wil het niet, ?.... kan ik er wat aan doen?" "Al willen ze jou dáár niet, hij ken hier komme," herhaalde de moeder voor de zooveelste maal haar eind-oordeel in al die twisten. "Hij ken z'n pooten wel 's bij jouw familie over den drempel zetten," verontwaardigde zij zich nog, "we hebben hier de schurft niet!"

"Vooruit, niet zeuren!" riep Dik. "Er over!" Wip! Jan Vos was aan den overkant. Wip! Wip! Dik en Piet van Dril waren er ook. Jan van Bakel sprong niet. Hij scheen verbouwereerd te zijn. "Spring dan toch!" riep Dik. Daar sprong hij; maar in zijn angst keek hij eerst nog even om, of Geurs al dicht achter hem was, en dat was zijn ongeluk.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek