Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 juni 2025


Want eerst nadat Blesse met een weerspannig gebulk 't water was ingegaan, wilden de andere, allen te gelijk dan, volgen. De koewachtertjes dreven met het overzetbootje mee over, en van daaruit schreeuwden en zweepklapten zij naar hun zwemmende beesten: "Bloare, gie deugeniete, wilt-e ne kier op ou ploatse blijven!

In dat priëeltje zat Lisatje heel alleen op een bank, met den rug halvelings naar Fonske toegekeerd. Lisatje, wilt-e weere komen poseeren? vroeg hij zacht. Nien ik, hoofdschudde zij kortaf. Hij stond daar even, roerloos en bedremmeld. Woarom niet? vroeg hij eindelijk. Dóáromme! Hij begreep er niets van. Wat had hij haar nu toch misdaan! Toe, kom, streelde hij vleierig.

Hij schudde zijn hoofd en weer staarde zijn blik, als schrik-verwilderd, vóór zich uit. "'K 'n kòst het ginter nie mier uithouen; 'k 'n kòst nie mier, 'k zoe d'r van verdriet gestorve zijn," hijgde hij. "Woarom?... was 't nie goe mier van 't eten meschien?... of kost ge tegen de lucht nie mier?" vroeg ze bedeesd. "Wilt-e nou al gauw iets eten?" riep ze eensklaps levendig.

"Wilt-e moar meekomen?" verzocht zij hen met zachte, ingetogen stem; en zij liep hen even, over het smal en kort grintpaadje, tusschen de heesters en de bloemen-perkjes voor, en opende nu ook de deur van het wit-en-roze trapgevelhuisje. Zij stonden in een korten, rechten, geelgekalkten gang met bruine deuren aan de beide zijden en een helle, matglazen tuindeur aan het uiteinde.

Ietwat verwonderd loop ik stilletjes naar haar toe. Wilt-e nou ne kier wa zien, meniere, dat-e zeker nog noeit van ou leven gezien 'n hét?" fluistert zij met een vreemde, half lachende. half ernstige en bijna booze en bange uitdrukking over haar frisch gelaat. "Moar stille, stille, dat hij ou nie 'n heurt." En schoorvoetend trekt ze mij mee in het halfduistere der schuur.

Zij knikte, als in zwijgende dankbaarheid, werktuigelijk met het hoofd naar Alfons en naar Smul; zij had hen beiden wel naar de voordeur willen duwen. Maar plotseling vloog zij met een angstgil weer op en holde naar de kamerdeur, waarop de kleine hond, onopgemerkt teruggekomen, hijgend en snuivend met zijn beide voorpooten stond te krabben. "O gie leulijkoard! wilt-e doar afblijven!"

Eindelijk scheen hij een moedig, vast besluit te nemen; en 's avonds, voor de begrafenis en de komst van Leontientje's vader, verzocht hij 't meisje om een wandelingetje in de maan over den stillen boomgaard, en vroeg het haar ineens, ontembaar, met angstig-draaiende oogen en van knellende ontroering hikkende stem: Leontientsje... Leontientsje... 'k vind ou zeu scheune... 'k ben zot van ou... wilt-e mee mij treiwen?"

En zij gaf hem een trap dat hij jankend weghinkte. De oude boer stond ook eindelijk op. "Oo, 't es spijtig! 't es spijtig! we woaren nou zeu scheune t' heupe," jammerde hij. "Kom liever op nen anderen dag weeromme, boas," stelde Rozeke voor. "Wilt-e zondag komen, mee de bezinne? 'K zal voader en moeder euk doen komen, en ge zilt heel den achternoene keune koarten."

'k Ben zot van ou! 'k zoe mijn leven veur ou loaten! Als ge wilt, 't wordt hier loater amoal 't ouë!" herhaalde hij smorend, opgewonden. Zeg, Leontientsje, wilt-e? wilt-e?

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek