Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
Kom Elsje, wees niet boos; zie, ik schat haar zóó hoog, dat ik jou en mijzelf toewensch dat je een even trouwe en brave onderwijzersvrouw zult worden als zij het geweest is;" en, na deze woorden streelde hij haar de zachte wang en vraagde toen: "Dat wil je toch zijn.... nietwaar?"
Dat de lieve, mooie, vroolijke Tirza, de zonnestraal in het groote huis? Onmogelijk. Het aanschouwen dier rampzaligen maakte haar ziek. Dit zijn oude vrouwen, zeide zij tot zichzelve. Ik heb ze vroeger nooit gezien; ik zal maar teruggaan. Zij keerde zich om en ging. Amrah! riep een der beide melaatschen. Wie roept mij? vraagde Amrah bevend. Amrah! Wie zijt gij? vraagde zij.
Simonides beantwoordde den groet en vraagde toen: Wat hebt gij mij van den jongen man te vertellen? Eenvoudig en zakelijk gaf Malluch een verslag hoe hij den dag had doorgebracht. Simonides luisterde aandachtig en liet hem ongestoord vertellen. Dank, hartelijk dank, Malluch, gij hebt uitstekend gehouden, zeide hij, toen het verhaal uit was. Niemand zou het kunnen verbeteren.
Den volgenden morgen te half zes klopte een zijner ruiters den telegrafist Meiring van Otto's-Hoop uit zijn bed, en vraagde aan Meiring, of hij dezen morgen reeds een telegram uit Pretoria had ontvangen.
Hij werd nu ernstig ongerust en riep zijne huiswaardin, aan wie hij vraagde, of zij ook iets wist van den knaap, dien hij den vorigen avond had medegebracht. Deze antwoordde hem, dat die reeds voor dag en dauw vertrokken was.
Domoor vraagde wat hem toch zoo vreeselijk aan zijn hart ging. »Ik heb zoo'n dorst,« antwoordde hij, »en ik kan maar niet genoeg te drinken krijgen; een vat wijn heb ik leeg, maar wat is een druppel op een gloeienden steen?« »Dan kan ik je helpen,« zei Domoor, »ga maar meê, dan kun je je genoegen drinken.« Hij bracht hem toen in 's koning's kelder, en de man viel op de groote vaten aan, en dronk en dronk, tot hij geen adem meer had, en vóór den dag om was, had hij de heele kelder leeggedronken.
Ze zette zich in 't bed overeind. In heur vieselijk gezicht plakten de hangende haren. Ze wreef zich de oogen uit, wierp het gore deksel wat terug ... keek slaperig-verbaasd ... "Zijt gij daar?" vraagde ze verwonderd ... "wat 'n eer van u te zien!..." "Laat me gerust" bromde Geerten, zich uitkleedend. "Buitengesmeten" meesmuilde ze nog spot-lachend ...
"Wat zal dat beteekenen?" vraagde zijn vader hem, terwijl hij het voorhoofd fronsde. De knaap verhaalde hem daarop de geheele geschiedenis; en toen eerst riep zijn vader vrolijk uit: "groote en goede God, hoe wonderbaar zorgt Gij vaak voor ons menschen!" Dadelijk ging de brave man zorgen, dat zijn Dirk net in de kleederen werd gestoken.
»Ten minste, als wij beiden er het levend afbrengen," liet hij er ernstiger op volgen. »Maar wat heeft je toch bewogen om mee te vechten?" vraagde Reinard Jansen. »Wel Oom," zeide de leuke jongen, »in de eerste plaats behoef ik nu niet in het muffe schoolgebouw te zitten, en ten andere wou ik dolgraag meehelpen, om de Engelschen op hun baatje te geven.
»En al kunt ge Waterfontein niet meer uit zijn asch te voorschijn roepen " zeide het meesterke. »Wat bedoelt ge?" vraagde Frits Jansen met groote oogen. »Ik bedoel die brandstichting," zeide het meesterke schoorvoetend. »Wèlke brandstichting?" riep Frits in klimmende verbazing.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek