Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
»Een en zeventig," riep de oude Voortrekker met eenigen trots. »'t Zijn er twee en zeventig," zeide de oude vrouw, die inmiddels de hoornen bril opzocht, om den brief te lezen. »En hoeveel achterkleinkinderen denkt ge, dat ik heb?" vraagde de Voortrekker. »Tachtig," zeide Marling, vast overtuigd, dat hij thans ten minste te hoog raamde. »En achttien er bij," riep de grijsaard met klem.
Kunt gij ons ook zeggen waar hij is? De soldaat lichtte zijn helmvizier op en riep iemand uit het wachthuis. Uit de gang trad een hoofdman te voorschijn. Uit den weg! riep hij de menigte toe, die hem den weg versperde, en toen zij niet gauw genoeg gehoorzaamde, maakte hij zich, links en rechts met zijn speer zwaaiende, ruim baan. Wat is er van uw verlangen? vraagde hij aan Balthasar.
Bij de wijsheid van Salomo, dochter, dat is een veelbeteekend woord. Gelooft gij dat uw vader zijn vaders lijfeigene was? Mij dacht, hij vraagde alleen maar, of dat zoo was. Wel, gij zijt een goed kind, Esther, met echt Joodsche scherpzinnigheid begaafd, en krachtig genoeg om een droevig verhaal te horen.
Die weg voert ons tot roem en wraak. Esther bleef zitten en zweeg. Toen herinnerde Simonides zich, dat niet alle menschen zich over hetzelfde verheugen kunnen, hij herinnerde zich dat hij tegen eene vrouw sprak. Waar denkt ge aan, Esther? vraagde hij op zijn gewonen toon.
Daar het niet onmogelijk was de vloot in te halen vóór het aangewezen punt, bracht Arrius een groot gedeelte van den dag op het dek door. Hij ging alles zelf na en was over het algemeen zeer tevreden. N°. 60 verloor hij intusschen niet uit het oog. Kent gij den man, die daar juist zijn plaats verlaat? vraagde hij den hortator, die een aflossing bevolen had. Ja.
»En hoe maakt het mijn jongen baas?" vraagde Eliëzer aarzelend, waarop het meesterke antwoordde: »Ik heb hem verleden week nog gesproken, en morgen is hij waarschijnlijk van zijn militairen tocht terug. Ik ben van plan, om hem morgen te gaan opzoeken 't is hier dicht in de buurt en gij kunt mede gaan."
Zoo sprekende opende en sloot mijn oom gedurig het oude boek. Het minste wat ik doen kon was hem naar den inhoud te vragen, hoewel die mij geen het minste belang inboezemde. "En wat is dan wel de titel van dat merkwaardige boek?" vraagde ik met eene drift, die te hevig was om niet geveinsd te zijn.
Esther deed wat haar verzocht werd en zij gingen naar dezelfde plek, waar jaren geleden Ben-Hur met zijn zuster gestaan had, om naar de soldaten te kijken. Zijt gij wel eens te Rome geweest? vraagde zij. Neen. Hebt gij nooit verlangd er heen te gaan? Neen.
De noodiging was vriendelijk, innemend. Drusus kon haar niet wederstaan. Bij de nimfen, ja, zeide hij lachend. Ik zal met u spelen, Messala, om ... een denarie. Een zeer jeugdigen knaap keek Messala van de overzijde der tafel aandachtig aan. Plotseling keerde deze zich tot hem en vraagde: Wie zijt gij? De knaap trok zich snel terug. Neen, bij Castor en Pollux! Zoo meende ik het niet.
Toon Ritter zou misschien zijn alleenspraak hebben vervolgd, zoo niet de deur zijner hut geopend, en een jongeling ware binnengetreden, die er armoedig en ziekelijk uitzag. "Ik breng slechte tijding Toon," zei de nieuw aangekomene. "Slechte tijding Geurt! Hé wát dan?" vraagde Ritter. "De bos geeft geen cent meer," hernam Geurt . "Hé, wát zeg je?" zei Ritter.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek