Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 juni 2025
Het gesprek vlotte heel goed, ofschoon de Sibaoe's in hun taal enkele afwijkende woorden bezaten, waarvan Kees niet dadelijk de beteekenis begreep. »Is Oelak het voornaamste dorp?" vroeg hij. »Neen, heer, het grootste dorp ligt verder naar het Oosten en heet Metoedjoe. Daar woont het voornaamste hoofd van onzen stam, Senawa genaamd." »Hoever is dat Metoedjoe hier vandaan?" »Vier dagen, heer."
Terwijl hij met dit doel een onderzoekenden blik wierp op de oevers, klonken er plotseling door het bosch schelle kreten. »De Sibaoe's?" riepen ze doodelijk verschrikt. Door de gevaren van hun tocht en later door hun gesprekken over Amat, hadden ze het gevaar, dat nog altijd van de zijde der Dajaks dreigde, geheel vergeten.
De Sibaoe's hadden zich berucht en gehaat gemaakt, doordat ze meermalen groote roof- en sneltochten in het land der Kenjaoe's ondernomen hadden. Machtelooze woede kenmerkte alle uitingen van de laatsten. Gaarne zouden zij eens geducht met deze Sibaoe's afrekenen, maar ze voelden zich te zwak om tegen hen op te trekken.
»Naar een plek in de wildernis, die zeer moeilijk te vinden is, heer. Dáár bouwen we hutjes en afdaken en blijven er zoolang wonen, tot de Sibaoe's ons land weer verlaten hebben," sprak Petinggi Datoek na eenig overleg. »En moeten de bewoners der andere dorpen dan niet gewaarschuwd worden?" »Zeker, heer, morgenochtend zend ik boodschappers uit.
En nu begon hij argwaan te krijgen, dat de komst van dezen blanke een voorbode was van de inmenging der Kompenie in de zaken der Sibaoe's. Hoe zouden de Sibaoe's dan aan koppen kunnen komen, als teeken van hun dapperheid en om hun huizen te sieren? Hoe zouden ze in het volgende leven, na hun dood, kunnen bestaan, als hun gesnelde vijanden hen niet als slaven dienden?
De andere Dajaks, die intusschen naderbij gekomen waren, bespraken het geval in den breede, en zetten bedenkelijke gezichten. Het algemeen gevoelen was, dat het hoogst onvoorzichtig zou zijn, den tocht dadelijk voort te zetten. Kees was wrevelig. Daar zou het geheele plan schipbreuk lijden op die domme bijgeloovigheid. Het was toch al twijfelachtig, of men de Sibaoe's op tijd zou inhalen.
Waarom zouden we daarheen gaan? Het lijkt mij het verstandigst, zoo gauw mogelijk naar huis te gaan. De diamanten zijn toch verloren. Die zullen wel in bezit komen van den verrader, Amat. Ik hoop, dat de Sibaoe's hem snappen en zijn kop afslaan." »Misschien konden we hier vandaan gemakkelijk bij de Kenjaoe's komen. Als we in hun land zijn, weten we den weg naar huis."
»Natuurlijk, heer! als het in onze macht ligt." »O, het is heel gemakkelijk, Petinggi!" »Dan zal het gebeuren, heer!" »Welnu, Petinggi, je weet, dat ik vroeger ook al in dit land geweest ben. Het was mijn doel te zoeken naar de Soengei Tekoeng. Het is je bekend, dat ik toen mijn doel niet bereikt heb. Ik moest vluchten voor de verraderlijke plannen der Sibaoe's.
»Dat zal zoo erg niet zijn," zei Kees. »Dat is geen Dajaksche gewoonte. Is men in een huis ontvangen, dan is men veilig." »Dat is zoo, heer, maar de Sibaoe's zijn duivels in menschengedaante." »Ik merk wel, dat ge niet erg op hen gesteld zijt, Petinggi," zei Kees glimlachend. »Wij Kenjaoe's kennen hen, heer; altijd zijn het onze grootste vijanden geweest.
Deze schenen door de onverwachte ontmoeting nog verschrikter dan zij zelf. Een Dajaksche begroetingskreet van Marti stelde hen echter gerust en nu kwamen ze dichterbij, om te vernemen, wat de vreemdelingen wenschten. »Zijt gij mannen van den stam der Sibaoe's?" vroeg Kees. »Ja, heer!" antwoordde een der Dajaks. »Gelukkig, dan zijn we eindelijk aan ons doel!" riep Kees uit.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek