Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 juni 2025
»Ja, heer, ik heb hier veel gejaagd." »Hoe ver ging je, om te jagen?" »Tot den voet van het hooggebergte, heer, waar de rotsen steil opstijgen." »En heb je daar nooit iets opgemerkt, dat op een pad of een weg geleek?" »Nooit, heer! Ik begrijp ook niet waar die Sibaoe's eigenlijk heen willen.
Onderweg heb ik zooveel mogelijk onze lieden gewaarschuwd." Kees drong naar voren en vroeg: »Hebt ge ook kunnen zien, hoeveel Sibaoe's er ongeveer waren?" »Mij docht zoowat honderd, heer. Misschien wel meer, maar zeker niet minder." »En waren er velen met geweren bewapend?" »Ja, heer, de meesten hadden geweren." Kees vroeg niet meer en verwijderde zich.
»Mannen," zei hij, »onze blanke vriend hier, die ons nog net vroeg genoeg heeft gewaarschuwd, meent het goed met de Kenjaoe-dajaks. Hij heeft medelijden met de arme vrouwen en kinderen, die hier in het bosch in grooten getale sterven. Zijn hart is ziek bij het zien van al die ellende. Hij heeft een plan bedacht, om de Sibaoe's te bestrijden en ik geloof, dat het een goed plan is."
Dat gaat niemand iets aan. Waarom wil je dat weten? Jij hebt nu toch je zin. Je bent bij de Sibaoe's en nu kun je trachten, je amuletten te verkoopen." »Ik heb er reeds twee verkocht, heer," zei de slimme Maleier en Kees hoorde hem zachtjes lachen. »Jij bent een bijdehante rakker, Amat," lachte Kees nu ook.
En hier is nog een klein geweer, dat zes keer achter elkaar kan schieten. Zoo iets heb je zeker nooit gezien. Daar zullen de Sibaoe's kennis mee maken, als ze mij mochten aanvallen," zei Kees, op zijn geweer en revolver wijzende.
Voor hij dien avond in slaap viel, overdacht Kees nog eens het doel van dezen tocht. Was het wel verstandig, de Sibaoe's den volgenden dag aan te vallen? Dan zouden ze natuurlijk in verschillende richtingen vluchten en zich verbergen in het oerwoud. En dan zou men er zeer moeilijk, misschien in 't geheel niet, in slagen uit te vorschen, langs welken weg ze in het land der Kenjaoe's gekomen waren.
»Dat is wel zoo, heer! Maar we moeten de huizen der Sibaoe's verbranden. Ze hebben de onze ook verbrand." »Doe het dan liever op den terugweg; dan levert het minder gevaar op. Bovendien kunnen we er dan in slapen. Dat is beter, dan altijd in het bosch te overnachten." De Dajak schrok. »Dat kan niet, heer! We kunnen niet slapen in huizen, waar de gedoode Sibaoe's in hebben gelegen.
Kees, door deze gunstige gezindheid aangemoedigd, ging voort: »Ge zult een groot aantal koppen buit maken. Uw parangs zult ge versieren met het haar uwer vijanden. We zullen een groot feest vieren, als we terugkeeren!" Een wild geschreeuw steeg op. »Wij willen vechten! Wij willen de koppen der Sibaoe's!" »Dat is goed, mannen!" riep Kees uit. »Maar dan moet er onmiddellijk worden gehandeld.
Laat een paar mannen de gevangenen stevig binden en voor mij bewaken. Dan wil ik ze straks ondervragen." »Ik zal er voor zorgen, heer!" De Dajak verwijderde zich, om aan het verzoek te voldoen. Weldra waren de drie Sibaoe's behoorlijk verzekerd en zaten voor Kees op den grond. Zelf nam hij op een boomstam plaats.
De Dajaks toonen zich niet meer zoo bevreesd voor den Goenoeng Lawit en de Sibaoe's als in 't begin. Bovendien is hier in het dorp een Maleier. Ook deze schijnt hun gezegd te hebben, dat u wel in staat was, de antoe's en geesten in het gebergte te overwinnen. Heeft u dien man al gezien?" »Ja, hij heeft mij van morgen gevraagd, of hij mee mocht gaan."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek