Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 oktober 2025


Hoe meer je schreit, hoe eer God je vergeven zal. Wees maar zeker dat de smart van zondeinkeer beter is dan die van zelfverwijt! Geef je zelf ook slagen op de borst, maar niet hard, want je bent nog ziek."

Zij schreit niet van heimwee; zij schreit, arm bloemenmeisje, kleine heldin, omdat ze zoo moe is, dat ze hem niet bereiken kan, op wiens weg ze bloemen wil strooien. Zij schreit, omdat ze gelooft, dat ze te laat gekomen is. Daar komen eenige menschen haastig langs het strand aanloopen.

Ik ben een ongeluksbode, en breng u de boodschap van bloed. Bloed onzer landgenoten! Bloed van mannen, vrouwen en kinderen, door de Zulu-moordenaars op verraderlike wijze bij stromen vergoten! Bloed, dat ten Hemel schreit om wraak! Broeder, ge moet komen, om met ons de bloedwraak te nemen, en om de overgeblevenen voor verder verraad, list en gewapend geweld te helpen beschermen."

En terwijl ze spelen, barst hij plotseling in tranen uit. Hij vindt het heele leven zoo treurig. Hij verbergt het gezicht in de handen en schreit. De kavaliers zijn ontzet. Dit zijn niet de zachte, genezende tranen, die vrouw Musica gewoonlijk te voorschijn roept. Hij snikt als een wanhopende. Geheel radeloos leggen zij hun instrumenten neer.

Zij betastte dit alles en kon niets zeggen; tranen verstikten haar stem. "Waarom schreit u, mama?" vroeg hij plotseling geheel wakker. "Mama, waarom schreit u?" riep hij op klagenden toon "Ik? Ik zal niet meer schreien.... Ik schrei van vreugde. Ik heb je in zoo lang niet gezien. Ik zal het niet meer doen!" zei ze, terwijl zij de tranen inslikte en zich afwendde. "Zoo!

Weer zag mijn ziel de lichte heugnis doomen Dier Vrouwe, die om haar ootmoedigheid, God wonen deed waar hoogst-gebenedeid Maria troont onder de nedrigst-vroomen. Tweede begin. Weer zag mijn ziel de lichte heugnis doomen Dier Vrouwe om wie de Liefde zelve schreit; Toen gij, als lokte u hare lieflijkheid, Kwaamt tot me en zaagt wat mij zoo stil deed droomen.

Behoefte om ieder troost te geven, Die thans nog in zijn duister schreit, Te zeggen: zie, vertrouw op 't Leven Ook U is de ure straks bereid. De lucht was vol van zilverglansen, Vol roode tulpen 't groenend gras; De aloude dom liet vroolijk dansen Zijn klokken, daar 't de Meimaand was.

Eensklaps hief hij 't hoofd met een kort rukje weer op, achterover, schudde het eenige malen als in heftige ontkenning en riep melodramatisch: Neen! neen! dat kán ik niet dragen, 't is te veel hoon op eens te veel smaad voor een denkend artist! 't is mijn ondergang! Ik, Holtsman! eerste karakterrol, van de planken gelachen! Ja, ge-la-chen, meneer! Is 't geen gruwel? Schreit het niet ten hemel?

Ach, wat is het spreeken in beelden! Wat is het doen luiden van lucht door keel of snaren! Achter dat, diep daarachter is het onnoembare. Wat is het? Wel u! gij zaligen, die het beseffen kunt. Het is dansen, maar de dansers zijn er niet. Het is beweegen, maar wie is 't die beweegt? Het is spreeken, maar wat wordt gezegd? De ooren verstaan, 't hart schreit om méér verstand.

Schoegje, eigenlik skoegje, skoechje, beteekent schoentje, in de friesche taal; zie bl. 427. Schriemer, eigenlik skriemer, dat is te zeggen: iemand die weent, schreit of huilt, in het Friesch skriemt. Deze friesche geslachtsnaam heeft zyne weêrga in den geslachtsnaam Schreyer, dien ik te Antwerpen aantrof.

Woord Van De Dag

veerenbed

Anderen Op Zoek