Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juni 2025


Na hem volgden Henriëtte en Suzanna: dan ik, Tante geleidende: en vervolgens Reynhove met een tweede lantaren: terwijl Weinstübe hompelend en strompelend zich achterna sleepte.

Het was de brief, dien Reynhove had medegebracht, en de inhoud luidde als volgt: "Wanneer gij dezen brief ontvangt, mijn zoon! zal uw vader voor den rechterstoel des Allerhoogsten verschenen zijn: en, zoo de wroeging van een sedert vijftien jaren gefolterd geweten mij dringt, dit leren te verlaten, gij, ongelukkige! gij, die alleen in staat zoudt geweest zijn, mij de rust terug te geven, en mij met het leven te verzoenen, gij verhaast den stap, die mij de eeuwigheid invoert.

"Dames!" zeide Reynhove, die terstond daarna binnentrad: "ik kom u vragen, of gij ook prefereert in 't vooronder te zitten: niet, omdat het séjour daar zeer gerechercheerd is, maar omdat aldaar vuur aan ligt, en gij er u warmer zult bevinden dan hier." De dames zagen elkander aan: "wij danken u wel voor uwe attentie," zeide eindelijk Suzanna: "maar wij zullen liever bij Tante blijven."

Ik sprong tusschen beiden; maar zag mij hierdoor genoodzaakt, Lodewijk los te laten, die, zich nu ook van Reynhove bevrijdende, als een razende Roeland op Bos toeschoot. Maar deze, hem zonder schroom afwachtende, greep hem met de eene hand in de das en met de andere in den gordel, droeg hem, ondanks zijn tegenspartelen, de deur uit en smeet hem toen van al de trappen af.

Toen wilden wij afscheid van hem nemen en ons verwijderen, maar hij gaf te kennen, dat zijn gemoed nog niet geheel ontlucht was en dat hij nog iets met den Heer Van Lintz had af te handelen, waarbij echter alleen Reynhove en ik getuigen mochten zijn, weshalve hij verzocht, dat al de overigen het vertrek zouden verlaten.

"Vriend Blaek!" zeide Reynhove: "gij doet verkeerd, aldus over uw cousine te spreken: zij is een charmant meisje, en zou ook zonder geld in staat zijn, iemand gelukkig te maken, die haar wist te appreciëeren: en daar zijt gij de man niet naar." "Dunkt u dat?" vroeg Lodewijk: "welnu! trouw haar dan zelf: en geluk er mede."

Ik keek in de richting, welke hij mij aanwees, en zag inderdaad, dat Reynhove, Blaek, Weinstübe en een drietal Officieren, zich in een der bij de herberg behoorende koepeltjes bevonden, dat voor hen was vrijgehouden: en het gaf mij juist geen kwaden dunk van Reynhove, dat hij niet verlangde met Jan en alleman te zitten. "Nou, wat mot ik zeggen?" vervolgde de waard.

"Uw zuster is wel, en uwe Tantes ook, en Mejuffrouw Blaek ook ofschoon zeer gesaisisseerd van dat fatale geval." Ik wil wel gelooven," hernam ik, "dat de toestand van Lodewijk...." "Ja! en dan de dood van haar oom...." "Hoe!" riep ik uit: "is de oude heer Blaek dood?" "De wereld geabandonneerd" zeide Reynhove: "en wel zonder het appèl af te wachten.

Het is het testament van den Heer Lodewijk Blaek, natuurlijken erfgenaam zijns vaders, waarbij hij, op eenige legaten na, zijn nicht, Mejuffrouw Henriëtte Blaek, aanstelt tot zijn universeele erfgename." Henriëtte nam bevende het papier aan, dat ik haar ter hand stelde. Haar ontroering belette haar te spreken en zij antwoordde niets op de gelukwenschingen van Reynhove.

Bovendien, de ledigheid is een duivelsoorkussen." "Spreek toch niet zoo, Papa!" zeide Suzanna, die ik alreeds wegens haar langdurig stilzwijgen bewonderd had: "'t Is uit klinkklare edelmoedigheid, dat Mijnheer niets uitvoert." "Uit edelmoedigheid, Mejuffrouw!" herhaalde Reynhove verbaasd.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek