Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juni 2025


En nu ben ik hier en recht verdrietig, van u in zulk een gek parquet te zien; want ik hoor, dat het hier geen quaestie van een duel is, maar dat Lodewijk u van moord beschuldigt." "Hij liegt, Reynhove! bij al wat heilig is, hij liegt." "In dat geval is het een heel gemeene leugen, en hoop ik, dat hij tot inkeer zal komen. Maar...."

"Wel ja," hernam zij: "er zijn zoovele arme slokkers, die niets bezitten en naar een postje hunkeren, om er van te bestaan, dat de Heer Reynhove, die rijk genoeg is, geen hunner daarvan berooven wil." "UEd. is te goed, Mejuffrouw!" zeide Reynhove: "maar ook dezen lof moet ik refuseeren; want ik beken, dat mij dit excuus nimmer voor den geest is gekomen."

Ik kan toch niet denken, dat hij inderdaad oogmerken op haar heeft." "Noch ik," hernam Reynhove: "maar de zaak is waar en gij kunt er uw profijt mede doen. Adieu."

Maar met dat al, zijn rein is ein gnap peestje und loopt blaisierig: ich sol hum er nog een sakkie koeltens voor pieten wollen." "Wacht eerst, tot het te koop is," zeide Reynhove; "intusschen ben ik gereed, zoo vriend Blaek wil, morgen weer tegen hem te rijden, tot aan Guldenhof toe: en voor het dubbele geld."

Ik zond eenig volk aan Lodewijk tot bewaking van het gestrande vaartuig, en een man te paard naar de hoeve van de oude Martha: ik nam afscheid van mijn reisgenooten, terwijl Reynhove op zich nam mijne familie te Amsterdam gerust te stellen, en, een fourgon nemende, reed ik naar 's-Gravenland, waar, als men denken kan, niemand te bed was gegaan.

"En ik, Mijnheer!" zeide Reynhove, "kan u van mijne zijde declareeren, dat ik niets meer ambitionneer dan uwe goede opinie te meriteeren." "Is UEd. niet een zoon van den Heer Ambrosius Reynhove, die lid is van HH. Hoogmogenden?" vroeg mijn vader. Reynhove boog. "Wel! dat verheugt mij. Wij zijn nog te zamen aan de academie geweest. Hij was een mijner beste vrienden."

"Het weinige, dat ik verrichtte, meriteert geen eloges," zeide Reynhove: "ik ben te gelukkig van in de occasie te zijn geweest, om de dames eenige geringe diensten te kunnen bewijzen, en heb niets gedaan als hetgeen ieder, die eenig gevoel van compassie en betamelijkheid bezit, in mijne plaats zoude verricht hebben." "Dat is een mooi compliment voor Weinstübe," zeide Suzanna.

"Precies!" zeide Contour: "er kwam van kolen in." "Die kolen maken een lumineux effect," zeide Reynhove. "Wier vier het hart in vlammen zet." herhaalde Reekalf: "wat is het aardig uitgedacht en geestig volgehouden: gloeiende kolen en een vlammend hart! Laten wij eens drinken, om dien geweldigen brand te blusschen. Uwe gezondheid, Monsieur Helding!"

Reynhove had dadelijk met voorkomende beleefdheid al de vouwstoelen uit de kajuit gehaald en zette die op het dek neder, ten einde de dames plaats konden nemen, terwijl Klaas, de schippersknecht, een tafel aanbracht en Weinstübe een paar flesschen opentrok en de glazen inschonk.

"Wel, stuur Weinstübe op kondschap uit," zeide Reynhove: "maar dat is waar ook: diantre est-il?" "Ja! waar is Weinstübe?" riepen wij allen, onszelven het verwijt doende, dat wij hem niet eerder gemist hadden. "De hemel beware ons!" zeide Tante: "ik hoop niet dat hij overboord is gevallen!"

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek