Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
Ter aanvulling dient ook nog gesproken van de tweede kapel, gebouwd in 1842 door kardinaal Mendoza, en die eigenlijk zou moeten worden weggenomen, om aan het oude gebouw zijn oorspronkelijk karakter terug te geven. Een weinig hooger dan Cristo de la Luz staat, trotsch en eenzaam als een triomfboog, de wondermooie Puerta del Sol.
«Hya del sol! que bailas bien," kreet in eens van uit zijn zwijgen de mijnheer van beneden. Dochter van de zon, wat dans je mooi.
Ter aanvulling dient ook nog gesproken van de tweede kapel, gebouwd in 1842 door kardinaal Mendoza, en die eigenlijk zou moeten worden weggenomen, om aan het oude gebouw zijn oorspronkelijk karakter terug te geven. Een weinig hooger dan Cristo de la Luz staat, trotsch en eenzaam als een triomfboog, de wondermooie Puerta del Sol.
"Nu vraag ik aan elk verstandig mensch," zeide Lodewijk, met een luiden lach, "of zulk een verschooning wel iets anders als een uitvlucht is? Wat duivel! die zijn paarden sparen wil moet niet wedden. Wat zegt gij er van, Weinstübe?..." "Das ist recht," antwoordde deze: "onze freund Reynhove sol het auch gaar nicht meinen wollen.
Maar galm hier en.... hier je hooge sol niet zoo uit, sprak ze. Neem die liever in je middenregister en niet uit de borst. Dan klinkt het veel melodieuser. En heel zacht beginnen, en hier, en hier crescendeeren. En goed gelijk met me blijven op het laatst, met het loopje, je weet wel. Nu... netjes Paul.
Zij wonnen dagelijks aan kracht om Sol en Mani te vervolgen, en haalden hen eindelijk in en verscheurden hen terwijl zij de aarde overstroomden met bloed uit hun druipende muilen. Zij zat in het Oosten, die oude Jarnrid, En zij voedd' er de kinderen, geboren uit Fenrir; Hij zal zijn het schrikkelijkst van al, hij, Die, onder den vorm van een monster, zal verzwelgen de maan. Voluspa.
Do, mi, fa, sol, mi, do, Celui-ce me rappelle Une valse
Ongeduldig wenkt zij met de kleine blanke hand, dat Pietersen naderen moet; en daar deze aarzelt, fluistert Walten hem haastig toe: „Maar ga dan toch naast haar zitten; je weet immers, hoe ze is. Gauw!” Met een diepe, hoffelijke buiging treedt de oude souffleur tot voor ’t bed, kust de hem toegestoken hand en zegt: „Ik nader, Donna Sol, ik plaats me aan uw voeten.”
Sol en Mani werden bleek van schrik, en stuurden hunne wagens bevend langs de paden die zij moesten gaan, terwijl zij bevreesd omkeken naar de hen achtervolgende wolven, die hen spoedig zouden inhalen en verslinden; en toen hun glimlach verdween, werd de aarde droevig en koud, en de vreeslijke Fimbul-winter begon.
Onze voorouders geloofden ten volle in de wedergeboorte en hielden het er voor, dat na een zeker tijdsverloop de aarde, gezuiverd door het vuur, gelouterd door hare indompeling in de zee, weer verrees in al hare oorspronkelijke schoonheid en verlicht werd door de zon, welker kar gevoerd werd door een dochter van Sol, geboren eer de wolf haar moeder had verslonden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek