Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 juni 2025
Toen ik haar voor het eerst ontmoette op den koepel van Guldenhof, trof mij haar beschaafde toon, haar ingetogenheid en minzaamheid: later op Heizicht vond ik een nieuw behagen in haar ongedwongen en toch recht fatsoenlijken omgang: en op het jacht, in de ure des gevaars, kreeg ik eerbied voor haar beradenheid, haar kalmte van geest en godsdienstzin.
"Zoo ik wel onderricht ben," zeide ik, "heeft de Heer Blaek een aanzienlijk vermogen in de Oost-Indiën gewonnen." "Hij?" zeide de Heer Bos: "gij verwart hem met zijn broeder, die werkelijk zeer rijk kon genoemd worden; want het toeval was hem even gunstig geweest, als het den eigenaar van Guldenhof, in dien tijd althans, tegenliep.
Deze gedachte belette mij te handelen gelijk de edelmoedigheid mij eigenlijk zoude hebben voorgeschreven, en ik besloot, mij te vergenoegen met aan Lodewijk het voortzetten zijner aanbiedingen te beletten, door zelf een gesprek met hem aan te knoopen. "Is UEd. hedenmorgen reeds van Guldenhof aan komen rijden?
Meer nabij en vlak tegenover mij stond een koepeltje, wat minder prachtig dan dat van Guldenhof, en het uitzicht hebbende over een tuintje, hetwelk geen ander plantsoen bevatte, dan eenige heestergewassen, in dier voege geschoren, dat zij allerlei figuren op een wanstaltige wijze nabootsten.
"O!" antwoordde Lodewijk: "men heeft mij wel lang genoeg laten wachten; maar eindelijk kwam er toch volk opdagen, en toen heb ik Klaas bij 't jacht gelaten en ben naar Guldenhof getrokken en terstond, zoodra ik gekleed was, was het wederom inspannen om hierheen te rijden."
Guldenhof verlaten hadt, was het er vrij onstuimig ... ja! de oude Heer heeft niet gaarne dat andere jongelieden hun hof aan Juffrouw Jetje maken. Zoo ik mij op uwe bescheidenheid verlaten kon, zou ik UEd. kunnen verhalen, wat er bij die gelegenheid voorviel."
Laatstleden Woensdag op Guldenhof hadden wij op zulk een aangename wijze kennis gemaakt en waren op zulk een gullen, vroolijken voet van gemeenzaamheid gekomen, die mij zooveel zoets en genoeglijks voor de toekomst beloofde: en thans wilt gij mij nauwelijks met een antwoord verwaardigen.... Wat zeg ik? reeds toen UEd. mij eergisteren te Muiden voorbijreed, was uw groet zoo kort...."
Lucas Helding sleet dus, zoo dikwijls hij op Guldenhof kwam, daar werkelijk gulden dagen; at en dronk zooveel hem lustte, wandelde waarheen hij wilde, mocht ongemoeid in de boekerij snuffelen, en vond Mejuffrouw Blaek altijd gereed en genegen om een praatje met hem te maken en hem te plagen.
"Maar Ferdinand!" zeide zij, groote oogen opzettende: "nu! gij zult mij dat wel nader ophelderen ... mij dunkt, dat gij in dat uurtje, op Guldenhof doorgebracht, uw tijd niet verloren hebt." En zij keek weer even schalksch als gewoonlijk.
Het ijs was gebroken en ik moest voortgaan, wilde ik niet als een botmuil worden aangemerkt: "Ik geloof," zeide ik, "dat Mejufvrouw Blaek verheven is boven hetgeen men grilligheid noemt.... Heb ik mij slechts ingebeeld, dat UEd. heden, nu ik bij u bekend ben, in het gezelschap van mijn betrekkingen, mij ... kortom ... mij minder vriendelijk behandelt, dan toen ik mij op Guldenhof bevond?"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek