Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juni 2025


"Dat schikt wel," antwoordde zij: "en ik ben blijde, dat ik in bed lig. Maar hoor eens, Ferdinand! Ik vrees, dat men op Heizicht doodelijk ongerust zal wezen." "Dat vrees ik ook, Tante!" "En ik ben bang, dat men boodschappen naar Amsterdam en naar Guldenhof en de Hemel weet waar verder zal sturen, en overal alles in rep en roer brengen." "Dat is niet onwaarschijnlijk."

"Nietwaar?" vroeg Van Lintz: "Ja voorwaar! het moet al een vreemd schouwspel zijn geweest voor een derde, den rijken Heer van Guldenhof, den trotschen Amsterdamschen koopman, wiens woord meer gewicht heeft dan de manifesten van een half dozijn Duitsche Mogendheden, te zien blozen en sidderen voor den blik van een armen zwerver, die reeds in zes of zeven Staten ter dood veroordeeld is, wien de speurhonden der Justitie nazitten, of hij een huisbreker ware, en die nauwelijks een plek kan vinden, waar hij het hoofd ter ruste kan leggen.

Wij vonden den eigenaar van Guldenhof en zijn zoon op de stoep met Tante en Van Baalen in gesprek. De Heer Blaek was de eerste, die naar ons toekwam. Zijn kleeding was vrij wat keuriger, zijn gelaat vriendelijker en zijn toon beleefder, dan toen ik hem in zijn koepel ontmoette.

Hij groette ons op een zeer heusche wijze, zeide iets zeer vleiends aan Suzanna, kuste Henriëtte, en zich vervolgens tot mij wendende, drukte hij mij de hand en vroeg mij om verschooning, zoo mijn onthaal op Guldenhof niet was geweest gelijk het behoorde.

Gevraagd zijnde hoe ik het gedurende den regen gesteld had, verhaalde ik, dat ik geschuild had op de hofstede Guldenhof, toebehoorende aan den Heer Blaek. "Guldenhof!" herhaalde Amelia: "is dat niet die fraaie plaats aan de andere zijde van Eemnes?

"Nu! ik vind dat malle aardigheden," zeide mijn moeder. "Maar hoe komt die zotte vent van uw terugkomst af te weten?" vroeg mijn vader. "Ik heb hem bij den Heer Blaek op Guldenhof ontmoet," antwoordde ik, en gaf nu opnieuw, ofschoon ditmaal in weinige woorden, een kort verslag van mijn oponthoud aldaar.

"Gij verdiendet, dat ik uw nieuwsgierigheid onbevredigd liet; maar kom! ik ben een goede broeder en zal medelijden met u hebben; want gij zoudt misschien barsten van ongeduld, en dat ware ongelukkig voor uw zijden keurs." Ik voldeed dan aan haar verlangen, en gaf haar een vrij omstandig verhaal van mijn wedervaren op Guldenhof, waarmede zij zich niet weinig vermaakte.

UEd. moet het warm hebben, ofschoon de ochtendstond altijd het best geschikt is tot dergelijke tochten. En hoe vaart de familie op Guldenhof? Het is een fraai paard, dat UEd. daar heeft," enz. enz.

"Het is hier anders een besloten plaats," vervolgde de eigenaar van Guldenhof, een zware gouden snuifdoos voor den dag halende en er drie vingers van zijn rechterhand in dompelende: "en geen herberg, waar iedereen zoo maar vrij mag inloopen."

Maar met dat al, zijn rein is ein gnap peestje und loopt blaisierig: ich sol hum er nog een sakkie koeltens voor pieten wollen." "Wacht eerst, tot het te koop is," zeide Reynhove; "intusschen ben ik gereed, zoo vriend Blaek wil, morgen weer tegen hem te rijden, tot aan Guldenhof toe: en voor het dubbele geld."

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek