United States or Poland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Mijn moeder is al sinds twee weken bij me en nog een oud grootmoedertje om me bij te staan in de moeilijke oogenblikken, die komen gaan. Ik word hier verzorgd, vertroeteld en bewaakt als een prinsesje. De luiermand, het bedje, alles staat in onze kamer klaar voor de komst van ons schatje. En Moeske, hoe gaat het u a.s. Grootmamaatje? Hoe maakt Mijnheer het?

Nu begrijpt ze er niets meer van, en snelt naar beneden, bijna loopt ze Mademoiselle omver, en hoort geen woord van haar vermaning om toch zoo onbesuisd niet te loopen. »Mama, Mama, is het er niet? Papa vertelde het toch.« »Wat lief kind, wat?« »Het kindje, het kindje van de Koninginen schreiend bracht ze het uit; »is het Prinsesje er niet

't Is toch maar een zegen om in een Christenland te wonenbesloot Mevrouw. »Hier zullen we geen bijzondere feesten hebben vóór dat ons lief Prinsesje in Amsterdam komt; dus zullen we Dora nu naar bed zenden en moeten allen met haar leeren wachten en geduld oefenen tot April 1910

Natuurlijk werd deze begrafenis opgeluisterd door de deelneming der militairen. Van uur tot uur liet de Vaudreuil een kanonschot hooren. Het lijk van het jeugdige prinsesje werd bijgezet in eene hut, die de koningin op het terrein van haar paleis had laten oprichten; later zou het naar de officieele begraafplaats der Pomare's te Papaoa worden overgebracht.

Vader leeft, zeide zij. Zij leven allen.... Wat wij zagen, was vizioen.... Vizioen... herhaalde ik. O, Charmides, zeide Charis. Wanneer gaan wij terug tot hèn? Morgen, beloofde mij de opperpriester, o Charis. Maar zal Menedemus aan een koopmanszoon geven zijn prinsesje, zijn dochter Charis....? Hij zal Charis geven aan Charmides, die haar beminde en redde uit veel gevaar, o Charmides....

»Ja, jongen! de arbeid is een zegen Gods, Wee! die niet werken wil, als hij kan. Allen zijn diep te beklagen, die om werk vragen en het niet kunnen krijgen; maar Ferdinand, zulke dagen van algemeene vreugde door het verblijf der Koningin en dan nu zoo geheel anders nog door de komst van ons Prinsesje, o, zulke dagen doen mijn hart zoo recht goed.« »Hoe bedoel je dat, Man

»Met jou op zijn hoofd, hoe kon hij dan zelf zienriep Lize uit. Een nieuwe omhelzing en liefkoozingen, als ware hij nog een kleine jongen, beloonde den grooten broer voor zijn zelfverloochening. Het Zondagsch koffieuurtje bracht bij den ouden Gladschaaf alle kinderen om de tafel, en het Prinsesje er op zooals het zeggen luidt.

Jan en Louisroept een hunner vrindjes, die juist vernomen heeft, hoe ons Prinsesje van morgen niet naar het Vondelpark rijdt en op weg is naar Artis. »Gauw, jongens! gauw op de fiets dwars door de Jodenbuurt zijn wij er nog eerHeelemaal lukte dit niet, maar toch zat Haar Hoogheid pas in den witten wagen, toen de knapen hun fiets stalden; doch H. M. die Zelve Haar Dochtertje bracht, Die hadden ze niet herkend in de eenvoudig gekleede dame, die naast den wagen ging.

Beiden heeren werd door H. M. in vleiende bewoordingen dank gezegd voor die lieflijke hulde; terwijl twee peuzels H. M. een bouquet mochten overhandigen, waarbij de eene haar witte rozen »voor Ons Prinsesje« bestemde. »Hoe heerlijk vol is het hier! Wat mooie bloemen en planten in het kantoor! Wat hooge tribune! Moet de Koningin die oploopen

De waterdroppels rolden als paarlen over haar zijachtige veeren, waarover een mooie weerschijn lag, en Duimelot dacht weêr, dat ze een echt prinsesje was. De ganzen vlogen voort in de lengte van het lange eiland, dat beneden hen duidelijk te zien was. De jongen voelde zich opgeruimd en blij op dien tocht.