United States or Jordan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij deinsde achteruit en stamelde: "Wie is die deern?" "Uw dochter." 't Was inderdaad Eponine, die tot Thénardier sprak. Bij de verschijning van Eponine waren de vijf anderen, namelijk Claquesous, Gueulemer, Babet, Montparnasse en Brujon zachtkens genaderd, zonder overijling, zonder een woord te spreken, met de heillooze behoedzaamheid, die dezen mannen van den nacht eigen is.

Je kunt je niet voorstellen hoeveel kwaad je jezelf doet met je overijling. Je beklaagt je over de autoriteiten, ja zelfs over de regeering,... valt die zelfs heftig aan ... houdt vol dat je op zij gezet en vervolgd wordt. Maar kan je dan iets anders verwachten,... zoo'n lastig mensch als jij bent. DR. STOCKMANN. Wat nou ... ben ik lastig ook al?

Maar zooals zijn ijdelheid nooit bleek in iets wat ook maar in de verste verte op pralerij geleek, zoo vertoonde de duivel van zijn jaloezie ook nooit zijn bokkepoot in heftigheid en overijling. Hij herinnerde zich altijd een woord, dat hij in zijn jeugd gelezen had: een jaloersch man is altijd belachelijk; maar 't meeste als hij met een dolk komt aanloopen.

Janboer, die, door de verschrikkelijke gedachte van manslag te hebben begaan, de oorzaak van zijn overijling schier vergeten had, hoorde de voor hem verontschuldigende woorden van Jozef, terwijl ze toch de volle waarheid behelsden, met ontroering.

Petinggi was nu overtuigd van de voortreffelijkheid der wijziging van het veldtochtplan. Zonder overijling werd nu de tocht voortgezet. Door de nasporingen der vooruitgezonden mannen wist men, dat men de Sibaoe's dicht op de hielen zat. In den loop van dien dag passeerde men het dorp, dat het eerst door de Sibaoe's overvallen was.

"Gij kent hem zelfs niet. Gij zijt bij hem in dienst getreden op den dag zelven, dat hij op reis ging en hij is in overijling vertrokken onder een allerbelachelijkst voorwendsel, zonder koffers en met een groote zak bankbiljetten. En ge durft zeggen, dat hij een eerlijk man is." "Ja! dat is hij," herhaalde de arme knecht werktuigelijk.

Welzeker, denkt Helmond voort, zulk een schrijven draagt te vele blijken van overijling, dan dat de verstandige oom er niet op zou terugkomen.

Neen toch! Wacht u wèl voor dergelijke overijling! Meester Van Meppen was volstrekt geen laffe aterling van die soort. Meester Van Meppen had veeleer eenen hekel dan eenen lust aan lijfstraffelijke rechtspleging: maar hij beschouwde deze als een onvermijdelijk kwaad »necessitas naturae", evenals bakers, dienstmeiden, en vrouwvolk in het algemeen.

Dit alles gebeurde zonder overijling, met die zonderlinge, dreigende kalmte, welke het gevecht voorafgaat. Aan weerszijden legde men op elkander aan; men was zoo dicht bijeen, dat men elkander verstaan kon. Toen men op 't oogenblik was, dat de vonk zou ontspringen, stak een officier met dikke epauletten den degen op en zeide: "Velt 't geweer!" "Vuur!" commandeerde Enjolras.

De verbeelding en het gevoel, wier stem slechts weinig gehoord wordt in de beslommeringen van een geregeld en arbeidzaam leven, wreken zich dan en spelen den meester: de hartstochten sleepen ons mede, en een leven van berouw en smart vervangt de overijling van een oogenblik." "Gij hebt dit ook ondervonden?" vroeg Madzy.