Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 30 juni 2025
Maar dat papier....? dát papier 't welk immers werktuiglijk door haar in den zak gestoken, nu uit hare kleeding te voorschijn kwam....? Zij weet niet het is zij ziet.... Hemel! kan zij haar oogen gelooven!? Die woorden: "Eenige en algeheele erfgename...." Zij herhaalt ze luide; het duizelt haar; en zij hoort het gebrul dat de kamer vervult: zij staat roerloos; verneemt woorden en vervloekingen, die haar 't hart doen krimpen; en terwijl zij op een kalmen en waardigen toon zegt: "Zie dan hoe snood en boosaardig mijn opzet was," scheurt ze het blad in verscbeidene stukken, juist op het oogenblik dat Joost Van Meerle, die, zijn eigen ellendigen toestand geheel vergetende, uit zijn zetel was opgesprongen, met een pijnlijken kreet op den grond en voor hare voeten nedervalt.
Het was geen slang, maar de neus van Toutou, die ten slotte tot het besluit is gekomen om hem te volgen. Intusschen is de ree, door dien kreet verschrikt, opgesprongen en vlucht haastig door het kreupelhout. Hij wil nu den hond aansporen om het wild te vervolgen, maar Toutou kijkt hem verbaasd aan, en loopt zoo hard hij kan naar het vlot.
Ik weet het, dan zou ik moedig geworden zijn, een ander mensch; ja, ik had het wel zóó ver gebracht, dat ik, als deze of gene gevraagd had: „hoe laat zou ’t wezen” of „wat spelen zij daar toch,” met luchtige beleefdheid zou zijn opgesprongen zonder mijn glas om te gooien of over de bank te struikelen; ik zou dan in gebogen houding anderhalve pas voorwaarts tredend, gezegd hebben: „Pardon, mademoiselle, dat is de ouverture uit het Donau-weibchen” of „Het zal direct zes uur slaan.” Had iemand ter wereld mij dat kwalijk kunnen nemen?
Och Hiere! schrikte Fonske. En de penseelen vielen uit zijn hand, net zooals weken te voren den kladborstel gevallen was. Zóen ze binnen komen! riep met een angststem Lisatje, die dadelijk opgesprongen was. Maar ze waren reeds binnen. "Kijk, zie, mejonkvreiwe, hier zit hij" riep Fonske's moeder, de beide jonge dames voorloodsend.
Een gil van doodelijken angst ontsnapte Dakerlia, die haren verloofde reeds dood waande; maar vooraleer Burchard opnieuw zijn zwaard kon verheffen, was Robrecht opgesprongen en achteruitgeweken. Onder het bulderen van sombere wraakkreten, liep hij weder tegen zijnen vijand in en trof hem zoo geweldig terzijde onder zijnen helm dat hij hem den hals half doorhakte.
Bij de woorden: "Zij is het kind van uw gade," was hij eensklaps van zijne zitplaats opgesprongen, en had de vrouw bij haar beide armen gevat, als om zich te overtuigen dat een levend wezen hem deze woorden had toegesproken. "Adelgonde! Adelgonde!" riep hij eindelijk; "God! Zij is mijn kind! Gerechte hemelsche Vader! is het waarheid?
Het duurde slechts kort, toen klonk er van gene zijde der legerplaats een luide alarmkreet; een tweede antwoordde; daarop volgden verscheiden schrille kreten, waaraan men hooren kon, dat ze uit de kelen van Indianen kwamen en toen een snuiven en stampen, en hinniken en dreunen, dat het was alsof de grond er van trilde. De tramps waren opgesprongen.
Even bleef zij zwijgend staan, daarop zei ze op een toon van de diepste afkeuring: "Maar Fräulein!" en Vrijdag, die terstond opgesprongen was, kreeg een kleur onder zijn bruine huid. Tieka riep: "Moeder, moeder, we spelen Robinson Crusoe!" maar deze verklaring stemde de barones volstrekt niet gunstiger. Zij nam Tieka bij de hand en bracht haar naar haar slaapkamer.
Een poos. Dan, heel stil: Mijn grootste leed, waaruit eene vrije kracht moet groeien. En seffens was pastoor Doening opgesprongen. Hij stond daar bevend en bleek. Hij reikte naar Simon zijne handen en, strak, keek toe, rap vragend: Wat zegt gij? Wat zegt gij? Mijn goede vriend.... Gij zegt daar iets.... Ik voel u, Simon. Niet redeloos overvalt mij een doodelijke angst. Ik voel u.
Mijnheer Watkins bekijkt den zak, die wijd en groot is. »Ik zal zien, dat ik ze er alle vier in krijg," zegt hij spottend. De drie andere Boeren zijn echter opgesprongen, en hebben zich naast hun oudsten broeder geplaatst. »Laat mij dat karreweitje afwerken," verzoekt Gert. »Neen mij," vraagt Hans.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek