United States or Anguilla ? Vote for the TOP Country of the Week !


Den inslag en den drom van 't leven, van goed, heeft God, en kwaad gespin, van zijde en wolle en werk gegeven, met hier en daar een blomken in. En, zittende op mijn krank getrouwe, zoo weve en werke ik, dag en nacht, aanziende, vol goe hope en rouwe, den Heere, die mijn werk verwacht. VOETNOOT: 1 Schering. Thus ardens in igne.

"Ik zeg u, meneer, van nacht zijn ze dronken geworden, morgen gebeurt dat weer, en dronken lui kunnen nooit hun gemak houden. Als er nu maar een het in zijn hoofd krijgt om te zeggen: 'Laten we aan boord gaan en den officier van kant maken, dan kunnen we doen wat we willen, dan zeggen de anderen ja, en ze komen hier en doen 't.

MEVR. LINDE. Wat is dat toch waar je op wacht? NORA. Och, dat kan jij toch niet begrijpen. Ga vast naar hen toe; ik kom dadelijk ook. Vijf uur. Nog zeven uur eer het middernacht is. Dan nog vier-en-twintig uur tot morgen nacht. Dan is de Tarantella uit. Vier-en-twintig en zeven? Dus nog een-en-dertig uren te leven. Maar waar blijft mijn leeuwerikje dan toch? Hier is je leeuwerikje! Zelfde kamer.

Daarop dronk hij zijn glas uit en nam afscheid. Zij gingen met hem meê naar beneden en bleven een oogenblik op de stoep staan. 't Was laat geworden. De straat was leeg en stil, de avond mooi en zacht na den regen, en allen voelden zich min of meer verlicht na al die gemoedsbewegingen. Maar eindelijk zei de professor: "Nu, goeden nacht! nu wil ik graag naar bed.

Van eene raauwe ham snijdt men schijven ter dikte van een vinger, legt ze gedurende een nacht in melk, en klopt ze op beide kanten goed met de scherpe zijde van een niet al te zeer geslepen mes.

Maar de wind kwam hem met doodsgereutel langs de ooren kreunen; dauwdroppels die neervielen, herinnerden hem aan andere droppels; die waren zwaarder. Iederen avond deed de zon rood bloed vlieten door de wolken; iederen nacht herbegon hij den oudermoord in zijn droomen. Hij maakte zich een boetekleed met ijzeren stekels.

Toen zij het laatste woord geuit had, spoedde zij zich naar hare burgt; maar het beschonken volk was zoo opgewonden, dat het over zijne rede niet vermocht te waken. In doldriesten ijver gingen zij over de Sandfal, en nadien de nacht middelerwijl neder streek, gingen zij even kloek op de burcht los.

Nu is alles in orde: donderdagavond is het nieuwe maan en niemand vermoedt, dat hij hierboven zit, en nu kan hij niets doen. Hij vloekt in de stilte van den nacht zóó krachtig, dat het weerklinkt in de klokken. Onmiddelijk daarna hoort hij een zwak gedruisch beneden in de kerk en meent stappen op de trap te hooren. Ja, waarlijk het is zoo, met zware schreden hoort hij iemand de trap opkomen.

"Je wilt niet antwoorden, dat merk ik wel. Dan is 't wel waar wat Sintram zei." En Gösta gaat naar de kavaliers terug, en steekt geen vinger uit om de Majoorske te helpen. Och! had de Majoorske de kavaliers toch maar niet aan een aparte tafel in den hoek gezet! Nu zijn de gedachten van den vorigen nacht in hun hersens ontwaakt.

Deze herschepping is van nacht volbracht. Ik heb dit slachtoffer dezen morgen ontmoet; ze was heel vroolijk. 't Is jammer, dat het meisje heden even mooi was als gisteren. Men kan 't haar niet aanzien, dat zij een bankier behoort. De rozen hebben dit boven of beneden de vrouwen, dat men op de rozen de sporen zien kan, welke de rupsen op haar achterlaten.