Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 september 2025


Alvorens van ons afscheid te nemen, wijzen de bootslieden ons eenige bijzonder sterk vooroverhellende rotsen: de Sourde, een reusachtige, zich aan zoekende blikken van zelf opdringende steenmassa; en de Aiguille, een 80 M. hooge, geheel alleenstaande spitse punt. Nog een andere rots trekt bijzonder onze aandacht; 't is een bisschop met een mijter op, die zegenend de hand uitstrekt over het dal.

Men heeft haar het kapje van het hoofd genomen en haar een mijter opgezet met het opschrift: »Ketterin, Afvallige, AfgodendienaresTegen deze beschuldigingen waagt Jeanne nog een laatst protest. Zoo geeft men haar over aan den beul en zijne knechts. Voor zij dien bestijgt roept zij nog: »Oh, Rouaan, ik vrees wel, dat gij door mijn dood zult moeten lijden

Daarna nam hij den staf, den mijter, en de handschoenen en toen hij hem tot op het hemd beroofd had, reikte hij alles aan zijn metgezellen toe en zei, dat er niets meer te vinden was. Die beweerden toen, dat de ring er bepaald moest wezen en zeiden, dat hij overal goed moest zoeken, maar hij antwoordde, dat hij dien niet vond, deed zich voor, alsof hij zocht en liet hen een beetje wachten.

"Indien een bisschop," gaat de schijnbaar zachtmoedige Dwaasheid voort, "indien een bisschop overwoog om welke reden hij een linnen overkleed draagt, blank als sneeuw: zinnebeeld van een smetteloos leven; wat de verbindingsknoop tusschen de twee hoornen van zijn mijter beteekent: eene volmaakte kennis van beide Testamenten, het Oude en het Nieuwe; wat het schoeisel zijner handen: de zuivere en door niets menschelijks verontreinigde bediening der sakramenten; wat de herderlijke kromstaf: het zorgvuldig weiden der toevertrouwde kudde; wat het vooruitgedragen crucifix: de zegepraal over alle menschelijke hartstogten, zou hij dan niet een verdrietig en kommervol leven leiden?

't Is den schepter in naam van den troon, en den mijter in naam van het altaar aanranden; 't is de zaak, die men behandelt, mishandelen; 't is achteruit schoppen in het tuig; 't is den brandstapel om de meer of mindere gaarheid der ketters lastig vallen; 't is den afgod zijn weinige afgoderij verwijten; 't is door te veel eerbied beleedigen; 't is in den paus te weinig pausdom, in den koning te weinig koningschap en in den nacht te veel licht zien; 't is in naam der blankheid ontevreden zijn op het albast, op de sneeuw, op den zwaan en op de lelie; 't is voor sommige zaken zoo vooringenomen zijn, dat men er bijna vijandig tegen wordt; 't is zoozeer "voor iets" zijn, dat men er "tegen" wordt!

Als ze uit gaan, trekken ze een witte overjas aan en zetten bovenop hun mutsje een soort van tulband in den vorm van een bisschoppelijken mijter, pagri genoemd, meestal vervaardigd van zwart wasdoek, en soms van bruine zijde. Het groot toilet bestaat uit een lang kleed van wit mousselien, dat tot op de enkels afhangt en om het middel door een breeden gordel wordt vastgehouden.

Wij zullen eenen baard plakken op 't gezicht van Pompilius, die er eerbiedweerdig uitziet, daar hij altijd weemoedig is. Wij zullen hem den mijter opzetten, hem het koorhemd, den pelsmantel en het groote opperste kleed des santen aandoen; wij zullen hem aanbevelen stil op zijn voetstuk te blijven, en de geloovigen zullen hem voor den houten Sint-Maarten nemen,

De Parsen, die het intelligentste en welvarendste gedeelte der bevolking van Indië moeten zijn, onderscheiden zich op straat door een vreemde, op een mijter gelijkende hoofdbedekking en dragen, evenals de voorname Hindoes, een langen, zwarten rok bij een nauwe, witte of bontgekleurde broek.

Toen naderde, met vasten tred en opgeheven hoofd, eene frissche jonge maagd de papieren mijter op de golvende lokken, om de slanke leden het gevlamde kleed. =Mijne= dochter, verstaat ge? =mijn= éénig overgebleven kind! »Ten vure met de ketterin!" schreeuwde het volk: »ten vure!".... En ik, hare moeder, hare aanklaagster ik smeekte niet voor haar, ik dekte haar niet met mijn lichaam tegen den beul en zijne fakkel. »Bekeer u!" maande ik haar. »Nooit!" was haar antwoord: »ik kan sterven zoo goed als mijn vader!" »Sterf dan!" riep ik »en door =mij=, opdat dit allerzwaarste wee om der waarheid wille u misschien genade doe erlangen!".... Met deze hand, ziet ge? heb ik den beul de spaan uit de vuist gerukt; met deze hand heb ik den brand gestoken in het stroo.

Mais, écoute donc, comme elle est fine! fluisterde Marie tot Eline, die naast haar stond. Eline echter hoorde niet; zij stond te lachen met Paul en Etienne om St. Nicolaas wiens tabbaard bepaald afzakte en reeds een halve el over zijn voeten golfde, terwijl een blonde reep tusschen zijn grijze lokken en zijn mijter zichtbaar was. Daar verhief St.

Woord Van De Dag

weledl

Anderen Op Zoek