Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 30 april 2025


Moar zet ou, meniere, zet ou, 'k ben blije da 'k ou nog ne kier zie; 'k al zeu dikkels op ou gepeisd, moar 'k miende da g' ons allemoal al lank vergeten hadt. Wilt ge 'n gloazeken bier of 'n dreupelke pakken...?"

Een oogenblik later kwam iemand de kamer binnen; het was Elisabeth. Zij was van haar expeditie om tienden in te zamelen teruggekomen met de tienden. De deur van de huiskamer stond nog op een kier, en Geoffrey zat met den rug er naar toe.

Hij wou toch eerst eens om 't hoekje zien. Neen maar, wat oogen keken hem daar aan! Wezenlijk zoo groot als een rad van een' wagen. En de oogappels draaiden daar zou zelfs een soldaat raar van worden. Maar de soldaat was niet alleen dapper, hij was ook slim. Hij deed het schort door de kier van de deur en dadelijk hield het gebrom op en slingerde de reuzenstaart vriendelijk heen en weer.

"Wacht ne kier! wa ès dat doar?" riep zij plotseling, als in schrik naar de donkere boomen wijzend. De vaag-zichtbare gestalte van een man kwam er langzaam uit het donkere der stammen en verwijderde zich geluidloos in de richting van boer Kneuvels hoeve. "'t Es ne man, hij zal 't gezien hên;" fluisterde zij dof.

Ik was niet zwaar, iets wat hun zeer aangenaam was, daar zij drie trappen met mij moesten afdalen. Toen zij mij bij de schouders en de voeten opnamen, werd juffrouw Gabin plotseling boos. "Zoo'n duivelsche meid!" riep zij uit, "die moet overal met haar neus bij zijn...... Wacht, ik zal je leeren door den kier van de deur te kijken".

"Kijk ne kier die sloeber doar! wa komt-ie hij hier doen!" riep hij bijna hardop, verbolgen uit. Maar Rozeke suste hem spoedig met angstige woorden: "Zwijg, zwijg, geboart da g'hem nie'n ziet."

Haar wenkbrauwen stonden gepijnigd saâmgefronst, haar tanden beten zenuwachtig op haar onderlip en zij voelde zich in 't donker op den drempel een vurige kleur krijgen. "Joa ik, bezinne," klonk Smul's ruwe stem in de duisternis. "Wilt g' hier ne kier komen?" Hij was reeds bij de deur van den paardenstal om te gaan slapen.

De huisdeur stond op een kier, zoodat men in de kamer de leeuweriken hoorde zingen. De kippen en ganzen liepen in den tuin, en de koeien, die zelfs in den stal de lentelucht voelden, begonnen nu en dan te loeien. De jongen las en knikkebolde, en streed tegen den slaap. "Neen, ik wil niet slapen," dacht hij, "want dan kom ik er den heelen morgen niet door." Maar hoe dat nu kwam hij sliep in.

Een lamp brandde in de kamer, het venster stond op een kier, en de jongen had daar nu al een heel poosje gestaan, en er over gedacht hoe gelukkig de student wezen moest, die daar binnen lag te slapen. De student schrikte wakker uit zijn slaap, en zag, dat de lamp nog op het nachttafeltje stond te branden.

"'n Speuk! 'n woarachtig speuk! En hé-je 't gezien, boas Dons? riep Rozeke. "Lijk of ik òù zie!... moar loat mij ne kier veurt vertellen." Goed, 't speuk den bosch in en Koarel-Sies mee zijn vurke doar achter. Ik vliege zeu zier of da 'k kan toe an 't hofgat en 'k roep uit al mijn macht! "Koarel-Sies! Koarel-Sies! gie dwoaze loeder, komt toch weere!" Moar 't spel was al verbrod en 't was te loate.

Woord Van De Dag

uitgekregen

Anderen Op Zoek