United States or Puerto Rico ? Vote for the TOP Country of the Week !


Eindelijk trok hij den gekneusde zonder omstandigheden de wapenrusting en de kleederen van het lijf, onderzocht zijn geheele lichaam en vond eene ontelbare menigte bruine, blauwe en groene plekken, die aan de krachtige slagen van den verbolgen muilezeldrijver waren toe te schrijven.

Niets aan den horizont. Niets aan den hemel. Hij smeekt het uitspansel, de golven, het zeewier, de klippen; dat alles is doof. Hij smeekt den orkaan; de onverstoorbare orkaan gehoorzaamt alleen aan het oneindige. Rondom hem duisternis, nevel, eenzaamheid, het woest stormachtig geloei, het eindeloos klotsen der verbolgen golven. In hem afgrijzen en afmatting. Onder hem verzinking. Geen steunpunt.

Alfred was geweldig verbolgen, maar ik zeide hem dat het zijn eigen schuld was; ik wilde met hem wedden, voor zooveel hij verkoos, dat ik den neger kon temmen; en eindelijk werd er afgesproken, dat als ik hem ving, ik hem zou hebben om de proef te nemen. Zij verzamelden zich dus in een troep van zes of zeven, met honden en geweren voor de jacht.

"Kijk ne kier die sloeber doar! wa komt-ie hij hier doen!" riep hij bijna hardop, verbolgen uit. Maar Rozeke suste hem spoedig met angstige woorden: "Zwijg, zwijg, geboart da g'hem nie'n ziet."

Egypte dreigen gruw met de een' of de ander' straf; De grootste zerken van de tomben zijn gereten, En 't nare kerkhof heeft doodsbeenders opgesmeten, Isidis heilig beeld, tot voorspel van ons leed, Heeft eenen regen vocht van bloedig zweet gezweet , Osiris naar den Nijl heeft zich gekeerd verbolgen!

De man was evenwel te erg verbijsterd, om antwoord te kunnen geven, en de verbolgen ridder zou hem ongetwijfeld zijn zwaard door den strot gejaagd hebben, indien de dame in de koets niet vol angst tusschenbeide was gekomen en in roerende bewoordingen om het leven van haar dienaar had gesmeekt.

Toen hij over de Groote Markt reed, zag hij verbolgen gezichten van eenige heeren en damen, maar dat deerde hem niet. Weldra kwam hij op het grondgebied van den hertog van Luneburg en ontmoette daar een troep Smadelijke Broeders, lustige Vlamingen van Sluis, die alle Zaterdagen geld uitlegden om eens per jaar eene reize in Duitschland te doen.

Gascoigne en Rustig betaalden nu hun rekening en wilden vertrekken, maar de schipper gaf hun te kennen, dat hij klinkende munt wilde zien eer hij hen aan boord liet. Jack raakte daarover zoo verbolgen, dat hij een handvol dubloenen uit zijn zak greep en er den schipper twee van toewierp met de vraag of dat genoeg was.

Toen de Keizer, na het afnemen van den eed aan de gedecoreerden, zich tot de troepen wendde en met luide, boven alles uit klinkende stem vroeg: "En gij, soldaten, zweert gij de eer van Frankrijks naam, uw vaderland, uw Keizer zelfs met gevaar van uw leven te zullen verdedigen?" klonk uit tachtigduizend kelen een allesoverweldigend: "Dit zweren wij!" boven het loeien van de verbolgen zee uit, terstond gevolgd door een even indrukwekkend: "Leve de Keizer!"

Hoe werd hij nu tegen de Kerels verbolgen, toen hij onder zijne oogen zoovele gekwetsten zag wegdragen, alsof men tegen een vijandelijk leger had slag geleverd! Hij zwoer zich op die uitzinnige Kerels wreedelijk te wreken. Geen enkele zou het schromelijkste lot ontsnappen: allen zouden den marteldood sterven!