Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juni 2025


100 O hoe met vrees geslagen scheen hij mij, met de tong uit den strot gesneden, hij, Curio, die zóó onvertsaagd was tot spreken. 103 En één, die de ééne èn de andere hand verminkt had, het stompje door de donkere lucht opheffend, zóó dat het bloed zijn gelaat bespatte,

Want met bevlamden strot lag een tweede gezicht aandachtig te praten naar den zolder, onbekende taal in pluizen van rook.... de zee zong.... Het eerste hoofd met het haar in schaduw, zonder de hand, als een klomp oud goud, verrimpelde in stil lachen, een oogenblik, want strak-verdwaasd zakte het in 't week-donkere van de schouders en tuurde onder de lampen door naar Johan in de deur gebleven.

Het kon niet anders zijn dan woorden, woorden, die ik tegen hem slingerde, een zwaard dat hem kon dooden, was er toen nog niet. Maar mijn woorden werden buiten gehoord in al die plaatsen waar de vleezen vruchten om de ijzre kernen heen zijn. En dáár dáár, begon men toen het zwaard te smeden, dat eenmaal, wanneer het hecht is volgesmeed, den strot zal boren van het kapitaal: d' Organisatie.

Dat vuur zit dieper. 't Wee om Zilfaas deerlijk lot Doorvlamt zijn aderen en ronkelt door zijn strot. Hem walgt van rust en spijs. Hy stapt met wijde schreden 't Verpoozend leger langs. Zijn straffe vuisten kneden De lucht; zijn adem bruischt; zijn boezem rijst omhoog; En 't schijnt een stroom van vuur die uitbarst uit zijn oog.

"De Tijger ligt onbeweeglijk, hij verroert zich niet, hij houdt zijn adem in, hij wacht de Stier komt al grazende dichter bij nog een kleine wending en de gelegenheid zal gunstig zijn en nu slechts één enkele sprong en de Tijger zit zijn prooi op den rug hij heeft hem zijne klauwen in de breede borst geslagen hij heeft hem de slagtanden in den korten, rimpeligen nek gezet een vreeselijk gebrul weergalmt in den nacht en weerkaatst door het gebergte de Stier ijlt, woedend van pijn, in 't dichtst van het woud, maar de Tijger blijft in dezelfde houding de Stier slaat in razernij de horens tegen de stammen der boomen, de Tijger verroert zich niet de smarten doen den Stier al harder en harder voortijlen, de Tijger drijft zijne tanden en klauwen al dieper en dieper in het vleesch de Stier werpt zich op den grond, wentelt zich om, de Tijger laat los, doet een enkelen sprong, zet de tanden in den strot van zijn slachtoffer en weldra blaast het rochelend den laatsten adem uit."

Hij rimpelde zijn voorhoofd, sprak stil, laag: Kijkt ge waarlijk zoo belangstellend naar mijn hals? Men heeft u bij de strot gepakt. Ziet ge 't spoor van een duim en een wijsvinger? .... Dáar! Meisje, ge zijt bedonderd. Ze lachte flauw, bijna verdrietig. Ze ging neerzitten, bij het vuur.

Zij wilde zich op mij werpen, maar ik zwiepte haar. Hare klauw brak mij het lange zweeptouw. En zij lachte afgrijselijk... Maar ik zwiepte haar steeds en sloeg haar met den stok van de zweep. Haar klauwen voelde ik al in mijn rug. Ik greep haar bij den strot... Ja, nu worgde ik haar: ik voelde het. Goden van Eleuzis! riep ik. Staat mij bij...!!

"Maar hemel! geloof toch.... ik ben...." zucht de gevangene. "Een landlooper, een struikroover of nog erger misschien," valt de meester van Fik hem dreigend in de rede: "Voorwaarts! marsch! of anders zal mijn trouwe bloedhond genoodzaakt zijn z'n tanden met je strot te doen kennis maken." Fik een bloedhond! Gelukkig! Fik de goede oude hoort het niet, maar de candidaat des te beter. Een bloedhond!

Deze vogels dompelden zich op een wenk van hun meester in het water en brachten de visschen boven, die zij, dank zij een ring welke hen den strot half dichtkneep, niet konden verslinden. Voorts vlogen voortdurend uit het hooge riet aan den oever, eenden, kraaien, raven, eksters, sperwers en ander gevogelte op, die door het geraas van de stoomboot in hun rust werden gestoord.

En toen pakte hij den leeuw, die zich op hem wilde gooien, bij den strot en toen worstelden ze samen, net als worstelaars. Het was vreeselijk; ik was zoo bang voor Carpoforus.... En toen? Nou, toen stonden ze weêr samen op. De leeuw stond als een mensch op zijn achterpooten. En toen worstelden ze weêr. En toèn, stel je toch voor.... Toen....??

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek