Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juni 2025
"Niet wil ik strijden met u neen! met u niet. Maar ik wil u dienen." Hij zette den helm af, en vertoonde zijn gelaat aan Gawein. Vol blijdschap en verrukking zag hem de oude ridder aan. Dit was Ferguut, de jonge held. Hij voerde hem tot den koning: "Dit is de jongeling " riep hij, "die Keye het scheenbeen heeft gebroken, omdat hij met hem kortswijl heeft gedreven, in uw hof.
Koning Arthur kwam van de mis en hij beval, om het schaakbord te brengen, daar hij wilde gaan spelen. Maar de kamerheer en Ferguut wachtten al op hem, en ze gingen voor den koning staan. Ferguut groette, en deed zijn mantel uit. Hij knielde neder, en smeekte, om tot ridder geslagen te worden. Gawein naderde. "Het is niet goed " zeide hij ernstig, "dat Keye de vreemde ridders bespot.
Toen durfde Keye niet veel meer te zeggen, want hij vreesde Gawein, die den moedigen jongeling wilde beschermen. Deze echter ging toornig voort: "Ware de koning niet hier, uw leven ware ermede gemoeid. Ik zou de scherts wel hebben gewroken." De koning wendde zich tot hem, en zeide ernstig: "Vriend, dat zou niet goed van u wezen. Sluit vrede met heer Keye." Nog ontsloot Ferguut zijne vuisten niet.
Breng ons den ridder, die zoo menigeen kwaad heeft gedaan, dan zult gij tot grooten roem komen, en in ieder hof zult ge worden ontvangen." Rustig stond Ferguut, en hij had zijn woorden klaar, waarmede hij zich tegen Keye verdedigde. "Het is waar " zoo antwoordde hij, "de mond spreekt, wat in 't hart is. Gij hebt nijd in uw hart."
En het zweefde zoo loom en zoo laag, dat Gawein meende, het werkelijk wel onder de hand te kunnen vatten...! Bijna had hij de gemaliede vingers geheven! Maar hij hief de vingers niet, want plotseling beving hem de vrees: Zoo ik het met de hand niet en zoû vangen, mocht er heer Keye zijn scherne meê maken.... En Keye's spot was het eenige, waarvoor versaagde Gaweins anders vreesloos hart.
Doch overigens is ook deze roman gelijk aan alle overige: ridder KEYE, ARTUR'S drossaart, een half komisch half verachtelijk personage, bespot den boerenzoon; FERGUUT overwint ridders, bevecht eene reuzin, neemt deel aan het beleg van eene stad enz. Iets eigens hebben ook de romans van Floris en Blancefloer en van Partonopeüs en Melior.
Beneden lag de koning Artur ziek en Keye, de drossaet, hinkende, kwam hem juist den drank brengen, dien hij zelve bereid had, brommende op Guenever, dat zij haars gemaals ziekbed had verlaten, om naar boven den toren op te loopen.
Ook Keye, de spotaard, wist niets en hij verbaasde zich zeer, toen Guenever Lancelot tot spanseeren noodde in de vergieren omdat er immers toch nimmer Aventuur meer zich meldde, dat de amys der koninginne haar bediedde met schuddinge des hoofds van niet, en dat hij zittend moest op zijn plaats blijven.
Daarom wilde Arthur zijn gedachten wenden van den smaad, die hem was aangedaan. "Waar naamt gij de hoofden, die aan uw zadel zijn?" Forsch antwoordde de jongeling: "Heer! van roovers, die mijn paard wilden stelen. Ik streed met vier hunner, en zij waren onmachtig tegen mij. Wilt gij mij nu behouden als uw raadsman?" Hij zag Keye aan. "Morgenwil ik rij den, en den sluier enden horen halen."
Hoort! fluisterde tot de ridders Merlijn heel Zacht om Keye, die steeds nieuwsgierig, rondom den fenix, hinkte. Ik kan met magië wel een Aventuur bereiden of liever een Aventuur herhalen zich doen, omdat eigenlijk alles in dit leven zich herhaalt maar telkens anders en dat noemen wij evolutië.... Welk Aventuur?? drongen de ridders rondom Merlijn.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek