Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 7 mei 2025


Het scheen dat z'n eerste proefstuk niet slecht was uitgevallen, want de jongeheer Pompile knikte tevreden, en beloofde hem te zullen begunstigen met meer boodschappen.

Ze hield het mutsjen op haar rug, als om te betuigen dat ze 't niet zou afgeven voor ze dat sabeltje zag. Wouter wist niet wat-i zeggen zou, en begon weer te twyfelen aan z'n verstand. Na eenig zwygen: Wie bèn je? En wie ben jy dan, jongeheer? Ben jy 't matroossie die van 't paard is gevallen? Je ziet er niet uit als 'n matroos, en ik geef je de muts niet! Vrouw Claus zou me...

Zet jongeheer Lincoln nu eens naast jongeheer Shelby och och! En Mevrouw Lincoln kan zij zoo de kamer inkomen als mijne mevrouw met zulk eene soort van staatsie, weet ge? Och loop heen praat me niet van de Lincolns." "Wel, ik heb u toch hooren zeggen," hervatte George, "dat Jenny eene goede keukenmeid was." "Dat heb ik ook gezegd en dat mag ik zeggen.

"Als dus Pieterse mee wou, liet de edele Hersilia door de meid aan Wouter op de vloermat boodschappen, had-i te zorgen op z'n tyd dáár te zyn, en men zou hem 'n plaatsjen inruimen. Maar... lastig was 't wel, want de jongeheer Bonifaz was er op gesteld zich te laten vergezellen van z'n hobbelpaard, en dat nam veel plaats in."

"Is mijnheer thuis?" vroeg Jo aan een der dienstboden, die juist de trap afkwam. "Ja, juffrouw, maar ik geloof niet, dat hij op het oogenblik te spreken is." "Waarom niet, is hij ziek?" "O, heden neen, juffrouw; maar er schijnt wat voorgevallen tusschen hem en jongeheer Laurie, die zeker weer het een of ander uitgevoerd heeft. De oude heer was tenminste bar uit zijn humeur.

Ja, mannetje, zóó is het toch! Die brief gaat daarom moet je netjes schryven naar m'n zoon, den jongeheer Flodoard die te ... Rome-n-is! Wat zeg ie dáárvan? Wat zou Wouter zeggen? Ik weet het waarachtig niet. En hy-zelf wist het ook niet. Dit bezwaarde hem. Zou er ook misschien 'n naastbyliggende plicht verzuimd worden als-i zweeg? De oudeheer genoot van z'n hakkelen.

Komaan, jongeheer Pompile, spreek, laat je hooren en bekyken door ieder die 'n abonnement kan betalen aan Wouter's boekenman in de Hartenstraat! En jy ook, jongeheer Eugène! En Hersilia! En Leon! En Rodomont! En Flodoard! En de rest! Veroorloof me of niet, naar verkiezing! u 'n draadjen om den poot te strikken, u te laten vliegen, huppelen en dood-liggen als 'n meikever. Spreek, Pompile!

"Het was pas gisteren," hervatte George, "toen ik bezig was met steenen in de kar te laden, dat Tom, de jongeheer, daar stond en met zijne zweep klapte, zoo dicht bij het paard, dat het beest er schichtig van werd. Ik vroeg hem op te houden, zoo vriendelijk als ik kon, maar hij ging maar voort. Ik vroeg het hem nog eens, en toen keerde hij zich om en begon mij te slaan.

Het echtpaar Calbb keek onvergenoegd, en scheen 't beneden de waardigheid van hun spruit te vinden zich ergens anders te vermaken dan in den salon. Wouter verslikte z'n wysheid over de oorzaken van den wisselkoers. Hy verliet het gezelschap, en vond de mangelkamer op 't geluid af. Hier vervulde hy z'n naastbyliggend plichtje, door den jongeheer Bonifaz aftelokken van z'n hobbelpaard.

Hans kuierde dus langzaam, heel langzaam voorbij de werkplaats en nam voor Baas Martens in 't voorbijgaan deftig den hoed af. De baas liet de bijl in 't hout rusten, stak de handen in de zakken, hield zijn hoofd een beetje op zij en bekeek Hans van top tot teen. Toen met een guitig knipoogje: "Ben je 't of ben je 't niet, jongeheer? Lang niet kwaad, dat hoedje.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek