Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 oktober 2025


En eenmaal in zijn dorp terug werd de kleine beschermeling nu op zijn beurt de beschermer van Llanga, hij werd goed behandeld en dezen zelfden morgen had Li-Mai hem bij de hand genomen en voor deze hut gebracht. Met welk doel wist hij niet, maar toen had hij hooren praten en de stemmen van John Cort en Max Huber herkend.

"Ten minste voor het oogenblik", antwoordde Khamis, "maar anderen zijn er nog: de olifanten." Inderdaad dwaalden nog verscheidene dezer dikhuiden over de vlakte rond en Max Huber en zijn genooten konden zien, hoe het tamarindeboschje bij den heuvel, waar zij gekampeerd hadden, geheel met den grond gelijk gemaakt was.

"Misschien geeft het aanteekenboekje ons inlichtingen", zei John Cort. Max Huber opende het: sommige bladzijden kleefden door vocht aan elkander. "Alleen op de eerste bladzijde staat iets", zei Max Huber, en met veel moeite gelukte het hem het volgende te ontcijferen: 29 Juli 1894. Met mijn eskorte aan den rand van het Oebanghi-woud aangekomen. Gekampeerd op den rechteroever eener rivier.

De man droeg een krans van veeren om het hoofd en een schort van geweven boombast, de vrouw een dergelijk schort, in haar lokken eenige groene bladeren en om den hals een snoer van glazen kralen. Zelfs de kleine Li-Mai had een kort schortje voor, hij had dus zijn zondagspakje aan, zooals Max Huber lachend opmerkte en dadelijk vroeg hij: "Wat zou dat beteekenen, dat zij er zoo deftig uitzien?"

"Zij gedragen zich werkelijk als echte menschen", merkte John Cort op. "Maar door hunne grimassen lijken het toch echte apen!" antwoordde Max Huber. En werkelijk, de Wagdies, anders zoo ernstig, kalm en terughoudend, waren thans buitengewoon druk en uitgelaten. Maar altijd nog jegens de vreemdelingen die onverklaarbare onverschilligheid.

De arme jongen, die aan zijn ouders en aan zijn stam ontroofd was, heette Llanga en leefde sedert als aangenomen kind van Max Huber en John Cort in de factorijen van Libreville, waar hij alle gelegenheid had wat Fransch en Engelsch te leeren. Toen de wagen voor dien nacht halt hield, werden de ossen afgespannen en de vermoeide dieren legden zich dadelijk neder.

Zooals wel te denken was, bood het woud geen gemakkelijk begaanbaar pad aan en dit deed Max Huber opmerken: "Het is wel jammer, dat onze olifanten hier niet kunnen doordringen. Wat hadden zij netjes al die slingerplanten kunnen wegruimen en die zware wortels der boomen kunnen plat trappen...." "En ons daarbij", zei John Cort.

Vreemd bleef het echter dat die boschbewoners heel niet verbaasd waren op het zien van menschen. Max Huber meende, dat men zich tot den Koning, Vader Spiegel, zou wenden, om hunne vrijheid terug te vragen, maar gesteld dat zij bij dit hooge personage werden toegelaten, hoe zouden zij elkander dan verstaan? De Koning zou zeker wel geen Congoleesch spreken.

"Het zou hier volmaakt zijn", zei Max Huber, "als wij nu ook maar rustig konden slapen, maar daar zullen die verwenschte muskieten wel voor zorgen!" Maar Llanga wist daar goeden raad op.

Ditmaal kon Llanga er niet aan twijfelen, het woord was heel duidelijk uitgesproken, met een bizonder ratelende r. Llanga, die het woord Ngora, moeder, natuurlijk goed kende, was zeer ontroerd en verdubbelde zijn zorgen voor het schepseltje, dat door Max Huber zoo minachtend een aap genoemd was.

Woord Van De Dag

cnapelinck

Anderen Op Zoek