Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 juni 2025


Men kan hier slapen en eten." Hij trad binnen. Al de drinkers wendden zich om. De lamp bescheen hem aan de eene, het haardvuur aan de andere zijde. Men zag eenigen tijd naar hem, terwijl hij zijn ransel aflegde. De hospes zeide toen: "Hier is 't vuur. Het avondeten is aan de kook. Warm u intusschen, kameraad."

Deze op gematigden doch vasten toon gedane verklaring verraste den vreemde. Hij stond op, en zeide: "O! maar ik sterf van honger. Sedert zonsopgang ben ik op reis geweest; ik heb twaalf uren afgelegd. Ik betaal; ik wil eten." "Ik heb niets," antwoordde de hospes. De man begon te lachen en zeide, zich naar den haard en de fornuizen wendende: "Niets? En wat is dat dan?" "Dat alles is besteld."

"Dit is een schone Vlaming," suisde een soldenier in het oor van Leroux. "Hij is wel zo lang niet als gij; maar wat machtig lichaam, en wat stem. Dit is geen boer, bij mijn ziel!" "Waarlijk," antwoordde Leroux, "het is een fraaie kerel; hij heeft ogen als een leeuw. Ik gevoel mij voor hem tot vriendschap genegen." "Wat duivel," riep Jan Breydel, opstaande, "waar blijft gij, hospes?

Ook de namen van zulke bedryven zijn tot geslachtsnamen geworden voor de nakomelingen der mannen, welke die kostwinningen in hunnen tijd uitoefenden, en daar naar toenamen verkregen. Zie hier eenigen van deze maagschapsnamen: De Waard en De Weerdt met Casteleyn, Kastelein en Hospes; Tapper, Wijnschenk en Bierschenk.

De vreemdeling was intusschen weder in zijn overpeinzingen verdiept. De hospes ging nu naar den haard, legde ruw zijn hand op den schouder van den man en zeide: "Ge moet u dadelijk voortmaken." De vreemdeling keerde zich om en antwoordde gelaten: "Zoo! weet ge?" "Ja." "Men heeft mij ook in de andere herberg afgewezen." "En men jaagt u uit deze." "Waarheen moet ik dan gaan?" "Waar ge wilt."

De reiziger zat nu neêrgebogen en stiet met de ijzeren punt van zijn stok eenige gloeiende spaanders in 't vuur; eensklaps keerde hij zich om, maar toen hij den mond opende om te antwoorden, staarde de hospes hem strak aan en voegde er zacht bij: "Houd u toch stil! Wilt ge, dat ik u uw naam noem? Ge heet Jean Valjean. Wilt ge nu dat ik u zeg, wie ge zijt?

»Daar kom ik ook voor, waardige hospes! maar dat belet immers niet dat ik hier blijf als het mij in 't hoofd komt, L'inspiration, la spontanité, la fantasie, je ne connais que ça, en als ik hier iets zie dat mij aanstaat, je boerenerven, je binnenhuisjes, je mooie boerinnetjes, dan maak ik het tot het mijne, dan croqueer ik het, dat is mijne gewoonte, versta je?"

"Te eten en te slapen," antwoordde de reiziger. "Niets gemakkelijker dan dit," antwoordde de hospes. Maar terzelfder tijd draaide hij het hoofd om, bekeek den vreemde van het hoofd tot de voeten en vervolgde toen: "mits betalend." De man haalde een groote lederen beurs uit den zak van zijn kiel en antwoordde: "Hier is geld." "Dan ben ik tot uw dienst," zei de kastelein.

De man stak zijn beurs weder in den zak, ontdeed zich van zijn ransel, legde dien bij de deur op den grond, en zette zich met zijn stok in de hand op een bankje bij het vuur. D. ligt in het gebergte. De Octobermaand is er koud. Inmiddels zag de kastelein, terwijl hij heen en weder liep, telkens den reiziger aan. "Wordt er gauw gegeten?" vroeg de man. "Aanstonds," zei de hospes.

Onze Hospes, onder anderen, was een allerbeleefdst en vriendelijk man, hoewel wij maar kort bij hem verbleven en geene groote verteringen maakte. De menschen zien 'er ook over het algemeen frisch en gezond uit; kortom, Chalons is een aangename plaats, en Les trois Fesans een goede Herberg. Bij het dorp Presty, niet ver van deze stad gelegen, vindt men loodmijnen.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek