Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 mei 2025


"Ik zal het je bewijzen", kondigde hij aan, en wenkte den zwarten jongen van Nieuw-Hannover, een inlandschen koelie die dienst deed als kok en huisbediende. "Hee, jij, jongen, jij zeg'm een koning kom bij mij." De jongen ging weg, en terug kwam de eerste minister, niet erg op zijn gemak, ontdaan, en voortdurend verontschuldigende verklaringen ratelend.

Juist ging de deur open, een vlugge hand ving 't stokje op en een vroolijke stem riep: Heé heé! is dat 'n manier, ouwe jongen? O, Karel, ben jij 't? Kom binnen! Jawel, ik ben 't en je buurjongentje, Puckie, is vlak achter me. Zoo, wurm, kom jij ook 'ris kijken? Ja, sliert!

Ik ging bij zijn bedje zitten en vroeg belangstellend, "wat is er ventje? wat scheelt er aan?" " hèe ik geloof, dat mijn maag weer van streek is. Laat u mij nog wat in bed blijven en geef u mij a.

Donaat glimlachte enkellijk, zeer ontroerd, hakkelend: Hee! Hee! dwaas jong .... wat zijn dat voor manieren? .... Maar Sabine plantte hare vuisten in hare kloeke heupen. Ze viel uit in luide drift: Uitdagen! Uitdagen! Gijlie, ja, daagt den Hemel uit. Gij zegt tot den Hemel: "wij hebben geen vertrouwen in u." Dat zegt ge!

Hij herkende ze dadelijk. Hij opende zijn mond op een vloek, grommelde: Wat moet dat hier beteekenen? En dan herinnerde hij zich. Hij schoot uit tegen den knecht en, rechtstaande, overrompelde den jongen met een vlage van scheldwoorden. Waar waart ge? Hee, zuipbalg! Waar waart ge? Ik heb immers gescheld?

Ze was nog niet van hare verwondering bekomen en blikte naar Sörge, die tegen de hooge venstergordijn aanleunde. Het was op dit oogenblik zoo stil dat men, daarbuiten, eene plotselijke windvlaag hoorde aanzoeven. Meteen knetterde een natte hageling hard tegen de ruiten. Hee! is dat regenen? vroeg Francine.

Weet gij wat echter het is waarlijk gek genoeg!.. als een schicht door mijne hersens schoot? Ik beeldde mij in dat mijnheer Peter den dood had voelen over al die hoofden dreigen .... Hee! boertte Ernest, dat is dwaas! Gek, ja. Ik zeide het reeds. Ik had mijnheer Peter zien wegdonkeren, tamelijk ijlings, binnen 't gewoel, met u, Ernest.

Pallieter liet een zucht; hij had eens een boom willen zijn om die volle davering van het ontwakend aardeleven door zijn lijf te voelen gaan. Hei! en daar was er daar een bij, een reuzige olmenkarkas, duizend jaren oud, badend in grijs water, die Pallieter deed uitroepen: "Nog noet hee God za zoo goe late zien!" Het was een uit-den-grond-gebroken zenuwknoop der aarde.

Ge hebt nog altijd kans dat ik u met haar en pluimen in de straatgoot werp, waar ge thuis hoort .... Zie me dat aan! Zoudt ge er niet dood bij vallen! Madame se drape! Madame wil in een klooster gaan en nonnetje worden! .... Hee! wilt ge dat? Wilt ge dat? Hebt ge u vooraf gespiegeld? Geen herrie, toch! Ge merkt genoeg dat ge mij niet raakt.

Onze Fred zat, als Hollandsch welvaren, zijn denkbeeldig paard, wiens werkelijke leidsels hij om de spijlen van zijn bed had gehaald, op te zweepen. Zoodra hij mij ontwaarde, wierp hij zich als door een electrischen schok getroffen op het kussen neer en zette een beklagenswaardig gezicht, den besten comediant tot eer. " héë ." Hij zuchtte al dieper.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek