United States or Equatorial Guinea ? Vote for the TOP Country of the Week !


En ge zijt bij mij gekomen en hebt op mijn kamer een vuurwerk van geestigheden afgestoken, die getuigden van de rust van uw ziel. Want ge geloofdet, dat Lucile bij haar tante was, en indien ik u gezegd had, dat zij bij mijnheer César of bij een comediant van den Montparnasse was, dan zoudt ge me zeker naar de keel gevlogen hebben.

In het gevaar verheft het stekelvarken zijn pennen, de kever houdt zich dood, de oude garde vormt zich in carré; deze man lachte. Vervolgens knipte hij een stofje van de mouw van zijn rok. Marius hernam: "Ge zijt ook de arbeider Jondrette, de comediant Fabantou, de dichter Genflot, de Spanjaard don Alvarès, en vrouw Balizard." "Vrouw? welke?" "En ge hebt te Montfermeil een kroeg gehouden."

»Wel, mijnheer! dat zou nog wel gaan, denk ik; als wij het dessert opbrengen houden ze pauze, om het zoo'n beetje te vertreden, denk ik; dan slenteren ze zoo wat in de kolfbaan, in de billardkamer, op het plein voor 't huis.... en dan zouden de heeren makkelijk een praatje met hem kunnen maken; maar volgens den dienknecht moet hij al een heele rare snaak zijn, zoo'n halve comediant; hij laat ze daar binnen lachen en huilen zooals het hem invalt.

Want zoodra hij 'm, voor een detail, vroeg om 's even z'n mond te houden, verslapte dat gezicht zoo moe, en staarde de stumperd zoo wezenloos suf voor zich heen, dat alle leven eruit scheen. Hij was een geboren comediant, zag de wereld als een schouwtooneel voor draken.

Onze Fred zat, als Hollandsch welvaren, zijn denkbeeldig paard, wiens werkelijke leidsels hij om de spijlen van zijn bed had gehaald, op te zweepen. Zoodra hij mij ontwaarde, wierp hij zich als door een electrischen schok getroffen op het kussen neer en zette een beklagenswaardig gezicht, den besten comediant tot eer. " héë ." Hij zuchtte al dieper.

»Zou die malle schilder ook tegelijk comediant zijn?" vroeg de knecht, die »alleen voor de tafel" was, aan den kastelein, terwijl ze samen voor de ramen van de groote eetzaal stonden en den spreker gadesloegen, die inderdaad door zijne gebaren en de wisselende uitdrukking van zijn gelaat op toeschouwers, die zijne woorden niet verstaan konden, noch meevoelen wát er in hem omging, wel den indruk moest geven van een acteur die eene scène vertoonde.

Wilkinson reikte hem de hand, en van weerszijden volgde er een trouwhartig shakehands. »Denkt meneer ook te gaan?" vroeg de kastelein wrevelig, nu hij de goede verstandhouding opmerkte tusschen zijne beide gasten. »Die comediant, die niets gebruiken zou maar die zich wel tracteeren laat!" mompelde hij met ergernis halfluid, doch men nam geene notitie van dat gemor.