Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juni 2025
"Zoo de Heer wil, hoop ik het zelf te doen," antwoordde Schelting: "Goeden nacht Willem, de groeten thuis," voegde hij er bij, en Willem Tink wenschte ook een: "Wel te rusten!" en ging, om echter vóór dat hij het schoolhuis verliet, nog even in de keuken te gluren.
Ze keek op een kaaswinkel, waar alle soorten van dit artikel tot boven aan de ruiten opgestapeld waren, en er naast was 'n bakker; de bakkersjongens zaten in hun schaftuur bij haar binnen te gluren, en wierpen kushandjes naar de ramen.
De heer Bruis nam den wandelstaf weder op, ging de laan terug, en was weder op den singel. Weldra deed zich een andere laan aan hem voor, die hij echter goedvond eer hij ze intrad, eens af te gluren. Hij zag dan ook dat er spoedig gelegenheid zou zijn rechtsom te slaan, en dit gedaan hebbende was hij ook al heel gauw bij het witte paaltje.
~Kijken~ onderstelt meer opzettelijk het oog op iets richten: ~Kijk~ eens, of hij er aankomt. Hij ~kijkt~ naar de sterren. Hij ~staarde~ mij verwonderd aan. Hij ~tuurt~ met zijn kijker naar het stipje in de verte. ~Gluren~ beteekent hetzelfde als turen, maar met de bijgedachte, dat dit in het geheim geschiedt. Hij ~gluurde~ door een kiertje van de deur, om te weten, wie er binnen was.
Door niemand gezien stond de eigenaar van dezen naam achter een gordijn te gluren, hoe »de dame" van meneers familie er mocht uitzien. Toen Suze deftig uit den coupé stapte, terwijl Van Reelant buigend met hare parasol in de hand zich haastte de deur te openen, glimlachte Van Pommeren geheimzinnig, en mompelde hij: »Een vreemde .... niet kwaad .... kranig, heel kranig!"
Hoe zij naar den luchter liep! Zie, al had zij hooren preêken, Dat de booze liefst zijn treken Uitspeelt achter 't spiegelglas, Waarom zou zij, nu slechts muren Haar bespiedden, niet eens gluren, Of zij de allermooiste was?
Terwijl ze 'n tafeltje zochten, fluisterde Else opeens blozend: "Kijk 's; Han." "Waar?" en Go wilde dadelijk op 'm afstappen, maar hij zat met 'n clubje vrienden, groette vormelijk-beleefd, waarna de anderen de hoofden tot 'm overbogen, zacht praatten, en daarna zijdelings naar hen bleven gluren.
Professor Van Dam heeft u zeer dringend bij mij aanbevolen! Uwe loopbaan aan de universiteit was zeer eervol, meneer De Witt! Ik ben vast overtuigd, dat het u niet minder goed zal gaan in uwe ~carrière~ als ambtenaar!" Op dit oogenblik kwam de bode geheimzinnig om den hoek gluren, en murmelde iets binnensmonds. De secretaris-generaal knikte. André stond op.
In het schuchtere voorjaar, als nauwelijks nog de blaadjes durven te gluren, en de lucht van bedeesde blauwheid is, en het zonnelicht zich heel verlegen verschuilt, gelijk een jonge knaap, die zijn liefde niet vermag te uiten, lag bij de ruïne van het Sleutje een boerenjongen te slapen.
Hij vergenoegde zich met het hoofd naar hen toe te keeren en hen over zijn bril heen aan te gluren. »Dat is de bekoorlijke Hulda, als ik mij niet bedrieg," zei hij. De toon zijner stem klonk Joël onaangemaan in de ooren. Vrouw Hansen stond bij het binnenkomen harer kinderen in eene nederige houding, die bovendien getuigde van vrees, voor dien man.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek