Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 juli 2025
Niet overal te gelijker tijd.... En morgen, broêrtje, spelen we samen weêr.... Morgen, broêrtje, weêr samen.... Ons stuk.... De "Bacchides"! De "Bacchides"! De "Bacchides"! Ze zoenden elkaâr, de lippen vet van de kooltjes. Jongens, riepen Colosseros en Carpoforus. Wat zitten jullie daar zoo samen te vrijen? Nou.... we hebben elkaâr den heelen dag niet gezien! riep Cecilianus.
Zijn geweldige handen, die een leeuw den muil konden open scheuren, gingen uit naar het blonde hoofd van den knaap, die hem zijn talisman was en hij omhelsde hem met den liefde-verteederden eerbied van zijn bijgeloof. Heb je om me gevraagd? vroeg de Jager. Ja, Carpoforus, zeide Cecilianus. Plinius verzocht me te vragen wat ik wilde hebben en Cecilius kon hij me niet geven.
Hè ja, Nilus, geef ons nog wat honigkoeken! .... Toen allemaal zwemmertjes, jongentjes en meisjes door het water zwommen en toen al zwemmend allerlei figuren maakten. Ja, zei Carpoforus. Een drietand, hè? En een anker, zei Colosseros. Ja, zei Cecilianus; en allerlei starrebeelden en een schip met ontplooide zeilen.... Hè! pruilde Cecilius, treurig. Wat is er, broêrtje?
Neen, ik heb lang en goed geslapen: de lucht is zoo frisch en het is hier zoo mooi en zoo wijd en ik zal opstaan en we zullen de heuvels opgaan; ik wil de heuvels opgaan, daar, daar, ginds: kan je van daar Rome zien, Carpoforus en de parken van den Palatinus en het Palatium....? Niet van zoo ver, mijn zoete jongen.... Maar laat ons gaan, als je wilt. Zij gingen.
De jongens stonden op en kwamen, in iedere hand honigkoeken, die ze knabbelden. Waar hebben jullie het toch over? vroeg Carpoforus. Over jou, zei Cecilianus. Ik heb Cecilius verteld hoe je met den leeuw vocht. En heb je niet van mij verteld? vroeg Colosseros. Nog niet, zei Cecilianus. Stel je toch voor, Cecilius: Colosseros was verkleed als Herkules.... Met een knots en een leeuwevel? Ja.
Zij wilden Laureolus zien kruisigen. Ik word zoo nat! klaagde Cecilianus, als een bedorven jongentje. Kom hier, zei Carpoforus. Hij tilde den knaap neêr, zette hem als een kind tusschen zijn knieën, wikkelde hem bijna vaderlijk in zijn eigen kort manteltje. Colosseros en Cecilius zaten al in een mantel gedoken. Allen haalden onder zich hunne mantels uit. Het weêrlichtte en de donder rolde....
Je was drìftig, verontschuldigde Carpoforus; zoo erg is een moord niet, als je driftig wordt.... Wat erg is, dat is als je vermoordt om te gappen! Zoo als Nigrina vermoord is, zei Colosseros. De moordenaar is gepakt, zei Triumfus. Beide kerels? vroeg Nilus. Klanten van mij, hoor! Dat weet je? Een dief en een weggeloopen slaaf?? Min volk! minachtte Carpoforus.
Al de gladiatoren van het Colosseum, al de wagenmenners van het Circus Maximus, met tal van soldaten hadden zich daar opgeschoten en allen waren als met rooden gloed overgoten. Kom dan maar weêr op mijn knie, zei Colosseros tot Cecilius. Zit jij maar hier boven, zei Carpoforus tot Cecilianus.
Kom dan meê, zei Zozimus, terwijl Hermes in huis terug ging. Zozimus en Cecilius liepen de lange gebouwen om, den tuin in. Ter zijde van den porticus, die met een D toegang tot de villa verleende, zagen zij uit. Daar heb je ze, zei Zozimus. Ja, daar heb je ze, zei Cecilius, heel kalm. Het was Carpoforus, op zijn groote ros en vóor hield hij Cecilianus tegen zich aan.
Carpoforus, Colosseros, ter zijde van den reiswagen loopende, duwden zich baan door de aangroeiende menigte; zij riepen: Wat is er, jongens, wat is er?? En, plotseling, weêrklonk het uit aller kelen van daar ginds af, terwijl de handen krampten de lucht in: Hij is vermoord! Hij is vermoord!! Domitianus is vermoord door Domitia! Domitianus is vermoord door Domitilla!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek