United States or Nepal ? Vote for the TOP Country of the Week !


De ratten, die bij duizenden in den romp van den olifant krioelden en de levende zwarte vlekken waren, waarvan wij gesproken hebben, waren, zoolang het licht brandde, op een eerbiedigen afstand gebleven, maar zoodra het hol, 't welk als 't ware haar stad was, weder in duisternis was gehuld, roken zij, 't geen in de sprookjes van Moeder de Gans "versch vleesch" wordt genoemd, kwamen in drommen tegen Gavroches tent stormen en knabbelden op het traliewerk, als wilden zij dit nieuwe soort van muskietennest doorboren.

In hunne bradde wildheid zwierden zij den kop dat 't schuim rondspatte en ze knabbelden met de tanden het ijzeren gebit dat al hunne kracht gebonden hield. Zoo kwamen zij er eindelijk toe door veel gepraam van toom en gremmet, hunne rijdieren in bedwang te houden en kregen ze nevenseen als een getemd koppel waar zij bleven staan strappelen en slaan met den kop in ongeduld om aan te zetten.

De menschen jammerden vreeselijk over die plaag, en de koning zelfs wist geen raad in zijn paleis; in alle hoeken piepten de muizen en knabbelden alles stuk, waar zij hun tanden maar in konden zetten. Nu begon de kat haar jacht! in een oogenblik had zij eenige zalen van muizen gezuiverd, en het volk smeekte den koning het wonderdier voor het rijk aan te koopen.

Mag ik een stuk brood? vroeg Cecilianus, die op een tafel een soldatenbrood zag. Prætorianenbrood? vroeg een der soldaten. ja! ja! En zij zetten zich schrijlings, in hun malve tunieken, over de bank. Het roode lampje-licht speelde in hun gouden rozen, aan de slapen. Zij knabbelden hartelijk in een homp soldatenbrood en dronken den wat zuren wijn. Zij vonden dien heerlijk.

De jongens stonden op en kwamen, in iedere hand honigkoeken, die ze knabbelden. Waar hebben jullie het toch over? vroeg Carpoforus. Over jou, zei Cecilianus. Ik heb Cecilius verteld hoe je met den leeuw vocht. En heb je niet van mij verteld? vroeg Colosseros. Nog niet, zei Cecilianus. Stel je toch voor, Cecilius: Colosseros was verkleed als Herkules.... Met een knots en een leeuwevel? Ja.

Dan knielde hij bij den heerd en groffelde en rakelde met de ijzeren poke de heerdziele open en lei nieuwe lemen en kaf op 't vuur dat traagaan in dunne kuilkes begon op te rooken. Hij kuchte, kneuzelde en trappelde rond op de kloefen in de eenige keuken, knoterde onverstaanbare dingen tusschen zijne dunne lippen die gedurig overeen knabbelden.

Over 't algemeen schenen deze dieren vernielzuchtig te zijn; zij likten en knabbelden aan de omslagen van de boeken en brachten dikwijls een groote verwarring in onze papieren.

De paarden knabbelden op de gebitten, trappelden saai onder de warme, drukkende dekken. Om de koets, voor de huisdeur krielden menschen, buren, voorbijgangers. Ziekelijke nieuwsgierigheid was op de tronies. Ze verdrongen zich fluisterend. Ze keken met schuwheid naar de leege holte in de koets, waar de kist moest kommen. Dicht tot elkander schuivend, praatten ze.

Den tweeden nacht kropen de muizen stilletjes het kamp binnen en knabbelden ijverig aan de zadels en aan de gordels der soldaten, terwijl de hazen even vlijtig knaagden aan de koorden, waaraan de manschappen het kanon voorttrokken. Den volgenden morgen waren de soldaten hevig verschrikt, toen zij zagen, welk onheil de dieren hadden aangericht.