Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 juli 2025


Uiterlik koel en kalm nam Uijs tans het woord en sprak: »Mijn broeders, tot weinige ogenblikken geleden, heb ik Hendrik Potgieter naar mijn eigen maatstaf gemeten, en gedacht in hem een billijk man te zien. Indien hij meent wat hij zoëven gezegd heeft, en daarbij beschouwd moet worden gezond van zinnen te zijn, dan heb ik me groteliks in hem bedrogen.

Maar ze vonden zich reeds den volgenden dag bedrogen, toen ik hun verklaarde een vijand te zijn van alle knoeierij. Ik vroeg aan den hofmeester een staat van de provisie, ik bezocht de kelders, ik nam op wat er aan tafelzilver en linnen aanwezig was. Daarop drukte ik hun beiden op het hart zuinig te zijn met het goed van den patroon, spaarzaam in de uitgaven.

Wilde hij ten gevolge van zijne eigenliefde als oom en geleerde niet erkennen, dat hij zich bedrogen had in de keus van den oostelijken tunnel, of stond hij er op om dien weg tot het einde toe te onderzoeken? Het was duidelijk, dat wij den weg van de lava hadden verlaten en dat dit pad niet naar den haard van den Sneffels kon leiden.

Machteld werd voor hem met medelijden ingenomen; de blijdschap, om de ontvangen boodschap door hem getoond, was een sprekend bewijs zijner liefde tot haar, en zij had zich hierover geenszins bedrogen. Nu zij hem zo treurig op het schrift zag staren, verweet zij zich innerlijk de spijtige woorden, die zij hem had toegestuurd.

Ze zeiden, dat je Vader me bedrogen had en wilden, dat ik weer naar de Klundert zou komen. Maar daar was ik niet toe te bewegen. Je Vader was zoo goed en hij leed er zelf zoo bitter onder. Hij hád me ook niet bedrogen, daar zou hij nooit toe in staat zijn geweest. Maar de man was veel te goed van vertrouwen. En dat is hij zijn leven lang gebleven. Dat is hij eigenlijk nog.

Aan het hoedje heb ik niets, en ik wil het graag geven voor je kleedje.» »Dat geloof ik welzei hij, nam het hoedje en liet zijn kleedje achter. Maar toen hij een eindje ver was, klopte hij op het ranseltje en zijn soldaten moesten toen het doekje terughalen. »Het komt alles bij elkaârdacht hij, »en 't is of mijn geluk nog niet ten einde isEn zijn gedachten hadden hem niet bedrogen.

"Ja, maar ik heb er bijgevoegd, dat gij van zulke zaken geene kennis hebt, dat aan de moeder alleen het recht toebehoort om over het lot harer dochter te beschikken, en ik u wel zal overhalen om, met dank of tegen dank, de hand onzer Lisa aan Theodoor te schenken." "Welnu, ditmaal toch hebt gij u bedrogen!" viel de baas in gramschap uit. "Ik wil van dien Theodoor niet meer hooren.

Of UEd. moet verleden Zondag slecht geluisterd hebben, òf mijn oogen hebben mij bedrogen, toen ik gemeend heb, UEd. mede onder Domini Uyttenbogaerts gehoor te zien zitten." Falckestein glimlachte en Reede beet zich op de lippen.

»Ik kan niet ontkennen, dat ik de Infante bedrogen heb«, antwoordde Alarcos. »Maar ik smeek u, heb medelijden, en spaar mijn onschuldige vrouw. Straf mij zoo zwaar als gij wilt voor mijn misdaad, maar tref mijn vrouw niet.« »Het is onmogelijk«, antwoordde de strenge oude Koning. »Ik zeg u, dat zij sterven moet, en dat nog dezen nacht.

Uren lang, dagen lang, zat hij daar, somber en bevend, in den donkeren hoek van zijn haard, over na te denken. Wie had hij al bedrogen, en voor hoeveel? Het duizelde in zijn hoofd, er waren er te veel, en sommigen leefden ook niet meer. Voor die zou hij in elk geval moeten branden!

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek