United States or Armenia ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Neen," was het antwoord, "ik gevoel mij schuldig en ben overtuigd, dat de majoor en zijne dochter met verachting hunne deur voor mij zouden gesloten houden, indien Mr. Roovelt, in zijne wettige gramschap, zijne bedreiging niet uitvoerde. Ik heb het verdiend en hoop niets meer. Kon ik slechts haar beeld mij uit den geest drijven!

Mijn zoete heere, zeide Amadijs; doen zal ik als gij beveelt en gaan kond doen den Koning Artur van den dood mijner belageren; trotseeren wil ik zijn gramschap maar liever ware het mij u te beschutten alhier in den strijd en voor u te sterven zoo ik vermocht.... Nauw had Amadijs zoo gesproken of....

Zooals de aarde gedrenkt wordt door regen en verwoest wordt door regen, en niet anders dan lijdelijk kan zijn onder de lafenis of onder de vernieling, zoo wordt door den wil van den Sultan het volk beweldadigd of te gronde gericht en kan niet anders dan lijdelijk wezen onder genade of onder gramschap. De Sultan echter is ver. Hij woont in zijn prachtigen kraton.

"Daar! daar ligt de kan!" riep de waardinne met benauwdheid en gramschap, terwijl zij den steenen pot op den grond aan stukken wierp. "Kan ik daar aan doen, dat dit galgekind in eens eerlijken mans huis komt?" En zich tot Geeraart keerende: "Gaat gij uit mijn huis gaan, schelm? Menschenpijniger! Vertrekt gij nog niet, beulenras?"

Zij vertrok zonder groeten, met een gezicht, dat rood was van gramschap, en met kousen, waar bij elken voetstap het water uitsijpelde. Een paar dagen later had het gesneeuwd, en geen beetje ook. De sneeuw lag wel een voet dik, en was hier en daar tot heele bergen opgewaaid. Dik vond het prachtig.

Hij verteerde het telkens zeer royaal, ging weer ekstatisch opbranden in de weelderige wellusten van zijne armoede en riep op zolderkamertjes zijn nijd uit, zijn gekwetste fierheid, zijne onbluschbare razernij altegare, in zijne overtuiging, de gramschap van een vervaarlijken God, door zijn uitgekozen menschenmond tot vóor Gods outers uitgeroepen.

Zij trekt de gevoelige harten tot zich en geeft eene zoete ontroering van medelijden; de boosheid en de gramschap integendeel stooten den aanschouwer terug. Ik heb mij niet bedrogen, lieve, die werkman is een slachtoffer van den langen Winter. Zie, zijne kleederen zijn niet slordig, niet gescheurd! Laat ons bij hem gaan; ik durf hem wel de oorzaak zijner smart vragen."

"Mijne dochters?" stamelde bazin Wildenslag in verlegenheid. "Ja, uwe dochters, wat is er van hen geworden?" "Mijnheer, zij ... zij wonen diep in Frankrijk, zij zijn getrouwd...." "Getrouwd!" gromde Bavo met eene grijns op de lippen en eenen diepen angst in de oogen. Hij beschouwde eene wijl met zichtbare gramschap de verschrikte vrouw, die het hoofd op de borst hield gebogen en sprakeloos bleef.

En Lamme zweette water en bloed; hij was van gramschap zoo rood als de kam van een haan, doch hij wilde niet spreken. Komaan, trakteer ons met eten en drinken, zeiden de beenhouwers en de serjanten. Wel, sprak Uilenspiegel, terwijl hij zijne karolussen opnieuw deed rinkelen, geef ons te eten en te drinken, beminnelijke Stevenijne, geef ons te drinken in glazen, die klinken.

Intusschen toonde vrouw Hansen maar al te duidelijk, dat zij de handelwijze harer dochter in dezen grootelijks afkeurde. Men gevoelde, dat zich een groote bitterheid, eene innige gramschap in haar gemoed ophoopte. En inderdaad het was maar al te zeer te vreezen, dat zij den een of anderen dag van hare dochter Hulda zou vergen, dat deze op haar genomen besluit zou terugkomen.