Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 mei 2025


Uilenspiegel, Lamme en de zeven sterke beenhouwers bezagen malkander. Nu, gaat ge mij betalen? sprak Stevenijne, gaat ge mij betalen, messire Uilenspiegel, die teert en smeert met het geld van de predikantjes? Lamme wilde spreken, doch Uilenspiegel deed hem zwijgen en zei tot Stevenijne: Ik ben niet gewoon op voorhand te betalen.

Dat ik dan beter zou kunnen schuifelen: Laat ons drinken! antwoordde Uilenspiegel opnieuw. Ge zoudt zooveel praat niet maken als gij gehangen werdt, sprak Stevenijne, en uwe lievelinge zou komen zien hoe gij het stelt. Ja, sprak Uilenspiegel, maar ik weeg nogal zwaar, en licht kon het gebeuren, dat ik op uw goddelijk wipneusje bonsde: laat ons drinken!

En men at en men dronk met een luidruchtig geknauw, tot zelfs de twee serjanten, die buiten stonden en die door hunne gezellen werden binnengeroepen om deel te nemen aan het festijn. En uit hunne gordeltasschen zag men koorden en kettingen steken. Stevenijne liet hare tanden zien, en grinnikend sprak zij: Niemand zal hier uitgaan, vóór ik betaald ben.

Uilenspiegel zei toen: Dat zij eten, die honger hebben, en drinken, die dorst hebben! En serjanten, meidekens, beenhouwers, Gilline en Stevenijne klapten in de handen en trapten met de voeten. Ieder zette zich neer waar hij plaats vond: Uilenspiegel, Lamme en de zeven beenhouwers aan de groote eeretafel, de serjanten en de meidekens aan twee kleine tafelen.

Op dit teeken werd gemeenlijk alles kort en klein geslagen in de huizen met roode lanteerne. Uilenspiegel dronk, tikte met zijn glas op de tafel en sprak: 't Is van te beven den klinkaard! En de zeven deden als hij. Allen hielden zich stille: Gilline verbleekte, Stevenijne scheen verrast en onthutst. De serjanten vroegen tot elkaar: Zouden die zeven met hen zijn?

En altijd weerklonk meer en meer dreigend en vervaarlijk, het krijgszuchtig en eentonig referein: 't Is van te beven den klinkaard! Laas! zuchtte Stevenijne, zij gaan hier alles aan stukken slaan! En de schrik deed heure scherpe tanden nog langer uitsteken dan gewoonte. En, van woede en grammoedigheid begon het bloed van de zeven en van Lamme en Uilenspiegel meer en meer te koken.

Doch Gilline, die met uitpuilende oogen, met toegebeten tanden, op de hurken in heuren hoek zat, kon niet spreken en prangde heure vedel tegen heure borst. En de zeven murmelden altijd op maat: 't Is van te beven den klinkaard! Stevenijne wees met den vinger naar de keersen, die in haren mond staken, om te bedieden dat zij ook zwijgen zou. De serjanten beloofden zulks insgelijks.

Gezegend zij onze heer, gezegend zij Uilenspiegel! Vervolgens zei Uilenspiegel tot de zeven beenhouwers en tot Lamme Goedzak: Ledigt de wijnkelders, neemt al het geld; het zal dienen tot het onderhoud van Stevenijne en de vier meidekens. Zij knarsetandt, de gierige Stevenijne, zeiden de meidekens.

En, naarmate Uilenspiegel met geweld Stevenijne keersen deed eten, sprak hij: Deze is voor de pijne der galge; deze voor de kortooring; nog eene voor de brandmerking; deze hier voor de tongboring; kom, hier nog twee dikke vette voor de galeien des konings en voor de vierendeeling; deze is voor uwe spelonk van spionnen; deze is voor uwe deerne met heur goudlinnen kleed; en al deze hier voor mijn eigen rekening.

Als een van heur poogt te ontsnappen, naait gij ze in eenen zak en smijt ze in de Leie. Hij heeft mij niet gedood, kreet Gilline, uit heuren hoek springend en met heure vedel zwaaiend. En zij zong: Bloedig was de gedachte Die nog mijn hart ontstelt. Ik ben van Eva's geslachte Door Satan, den fellen held. Stevenijne en de anderen zetten een gezicht alsof zij in tranen gingen uitbarsten.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek