United States or Cuba ? Vote for the TOP Country of the Week !


De ongelukkige Seneschalk, zich bij de dood ziende, vroeg of er geen edelman was aan wie hij zijn wapenen mocht overgeven; maar de beenhouwers huilden dat zij die taal niet verstonden, en hakten en kerfden zo lang op hem dat hij de geest gaf .

En indien bij geval uwe ziel in den vorm van een zwijn, van een schaap of van welk ander dier moest verhuizen, zoudt gij het niet beklagen, dat het mes der beenhouwers uwe baan naar de eeuwigheid kwame onderbreken en belemmeren?" "Ach, mijnheer!" stamelde de onthutste man, "vergeef mij mijne eenvoudigheid.

Terwijl de wevers en beenhouwers op de Leliaards zouden aanvallen, moesten de overige gezellen zich van de stadspoorten meester maken, en dezelve gesloten houden, opdat de vijand geen hulp van buiten krege.

Welnu, Koning Philippe le Bel en de vervloekte Johanna van Navarra komen morgen te Brugge. En die schone heren van het Magistraat hebben honderd wevers, veertig beenhouwers, en ik weet niet hoeveel volk meer tot het maken van praalbogen van wagens en van schavotten gevraagd." "En wat beduidt dit dan zo verwonderlijk, dat gij u te barsten loopt?" "Hoe, Deken wat beduidt dit?

Maar de beenhouwers knipoogden om hen gerust te stellen, terwijl zij gedurig luider en luider zeiden met Uilenspiegel: 't Is van te beven den klinkaard! 't Is van te beven den klinkaard! Stevenijne dronk mee, om zich een hert onder den riem te steken.

Jan Breydel bevond zich met slechts dertig zijner gezellen binnen het slot, wanneer een menigte ridders en soldeniers tegen hem uitvielen. In den eerste stortten veel der beenhouwers op de grond, want daar zij geen maliehemden hadden, drongen de pijlen der Fransen zonder hinder door hun lichamen. Nochtans duurde dit niet lang, op een geringe tijd waren al de Vlamingen binnen de muren.

Ik eis dat gij mijn woorden herhaalt: Ik zweer bij de God die mij hoort, dat de zon van morgen geen slot te Male meer vinden zal!" "Wij zweren het bij God!" herhaalden al de beenhouwers met blijde wraaklust. "Komt," sprak Breydel, "laat ons gaan. Ieder kere naar zijn woning, bereide zich in stilte en neme zijn beste bijl.

"Neen, toch niet. Morgen bij de intrede des vreemden Meesters, zullen al de wolwevers onder de wapens zijn, de beenhouwers zult gij aanvoeren. Wat vermogen de Wallen dan? Niets, dit weet gij. Welnu, dan stel ik Jonkvrouw Machteld vooraan, dat Johanna van Navarra haar wel bemerke. Meteen weet ik wat de Koningin in haar boezem heeft, en wat wij voor Machteld te vrezen hebben."

"Voor mij de wangen! Ik wil de handen! Ik de voeten! Ik den borstlap!" klonk het van alle kanten. Maar de Saloc hief zijne knots boven den hoop schreeuwers, en deze bedreiging deed hen zwijgend terugdeinzen. Ondertusschen betastte de offeraar den armen Jacobus, evenals de beenhouwers doen bij het koopen van een beest, en hij bleef eene lange wijl zonder spreken.

Het was de Fransman onmogelijk het geweld der beenhouwers te wederstaan, te meer daar deze laatsten in groter getal dan hun vijanden waren. Ook was er een uur later geen enkele sterveling meer in Male, dan alleen diegene, welke op Vlaamse bodem het leven ontvangen hadden.