United States or Gabon ? Vote for the TOP Country of the Week !


De beenhouwers, die de toorn van hun Deken verstaan hadden, volgden hem in wanorde en van wraaklust vol. "Sla dood! Sla dood!" huilden de scharen als razend. "Sla dood de verrader Deconinck! Deconinck!!" Het leven van de Deken der wevers was in groot gevaar; echter zag hij deze woedende menigte op zich aankomen zonder de minste ontsteltenis op zijn wezenstrekken te laten blijken.

Het schapenhart was spoedig gevonden, vermits de beenhouwers dien dag juist hun wekelijksch vee geslacht hadden; den breipriem kocht men in den winkel, den ketel leende iemand; maar wat den hond betreft, die kostte meer moeite. Er was niemand, die zijnen hond wilde geven, vermits men wist, dat de kwade hand van Theresia op het dier moest gelegd worden.

De Deken der beenhouwers was van zijn zetel opgestaan, en terwijl hij, om zijn ontroering te verbergen, onachtzaam in de kamer wandelde, zong hij morrend en met zachte stem enige woorden van een volkslied dat aldus luidde: Zodra de Fransen de tonen hoorden, hieven zij tegelijk het hoofd op, en schenen ten uiterste verwonderd. "Luister," sprak een van hen, "dit is het lied der Klauwaards.

Intussentijd waren enige wachten genaderd en hadden de Deken der beenhouwers bij de kraag gevat: een andere ontvouwde reeds de koorden die hem moesten binden. Breydel had zolang hij sprekende was, weinig acht op deze bereidingen gegeven; maar zodra hij zijn gezicht van de Leliaards getrokken en op de wachten gestuurd had, kwam een doffe zucht als het geloei van een stier uit zijn borst.

De baas gebaarde dat hij Uilenspiegel duchtig bij de ooren trok, en fluisterde hem toe: Zeven voor u ... sterke mannen, beenhouwers.... Ik ga weg ... te zeer gekend in de stad.... Als ik weg ben, is 't tijd van te beven den klinkaard.... Alles aan stukken slaan.... Goed, zeide Uilenspiegel, die zich oprichtte en den baas eenen schop gaf.

Deconinck staarde met ontroering op de Deken der beenhouwers; hij verstond door zijn eigen lijden hoe dodend die smart voor een ziel als die van Breydel zijn moest, en antwoordde: "Troost u toch, mijn edelmoedige vriend, en denk dat het vuur, hetwelk onder de as slaapt, zich echter niet uitdooft.

De aanschouwer die op dit ogenblik de beenhouwers had mogen zien, zonder aan hun slagen blootgesteld te zijn, zou wellicht van schrik en afgrijzen de dood gevoeld hebben. De hel met haar duivelen, haar verdoemden, haar vlammen kon niets schriklijkers aanbieden.

Vervolgens scheidde Uilenspiegel uit, en deed hij hun teeken het referein zachtjes te mompelen. Zulks deden zij, terwijl hij tot de serjanten en meidekens sprak: Als een uwer zich vermeet om hulp te roepen, wordt hij onmiddellijk gekeeld. Gekeeld! bevestigden de beenhouwers, Wij zullen zwijgen, maar doe ons geen leed, Uilenspiegel, zeiden de meidekens.

"Zwijg maar," antwoordde Breydel, "de eerste Fransman die haar wat links beziet, zal met mijn kruismes kennis maken. Maar meester Pieter, dat wij de poorten sloten en Johanna niet in de stad lieten, ware dat niet beter? Al de beenhouwers zijn gereed: de Goedendags staan achter de deuren en op de eerste roep zijn de Leliaards naar...."

Op hetzelfde ogenblik en met dezelfde stilte stonden de wevers en beenhouwers, met enige andere ambachtsgezellen in de Vlaamsestraat. Deconinck en Breydel wandelden alleen op een kleine afstand der scharen, en vormden het ontwerp volgens hetwelk zij wilden te werk gaan.