United States or Monaco ? Vote for the TOP Country of the Week !


Tot slot zeide ik: "En nu, kapitein, laat mij toe u te zeggen, dat ik wel vast en onherroepelijk heb besloten, voortaan zelfs geenen schijn van minachting meer te verdragen, van niemand hoegenaamd...." "Van mij ook niet?" bulderde de kapitein met geveinsde gramschap.

Het was een kwade jongen van een jaar of zes, die geweldig schreeuwde en stampvoette; het was een vader, rood van gramschap, die was opgestaan, zich aan de tafel vasthield met de eene hand, en met de andere geweldig dreigde; het was een moeder, wit van angst, die den jongen tot bedaren zocht te brengen; het was een groote knaap van dertien jaar met een bleek gezicht en blauwe kringen onder de oogen, die met de ellebogen op de tafel en een boek vóór zich, om het tafereel zat te lachen; het was een klein meisje van vijf jaar, dat zich aan mama's japon schreiende vastklemde.

De deur sloot hem op straat en daar zag hij de dorpelingen die te luisteren en te kijken stonden. Hij werd beschaamd en voelde zich tegenover de nieuwsgierigen weer de deftige, hooghartige boer. Statig ontbond hij zijn peerd en reed weg. Al wat er woelde hield hij gesloten van binnen, hij verbeet zijne gramschap tusschen de krakende tanden.

Ze zweepte u daarmee de gramschap in de oogen, tot ge er rood zoudt van zien! Gek, die hij was!

Op de heete windademen dreef een zwavelreuk aan, als een uitwaseming van de vervloekte steden, die, dieper dan de oevervlakten, bedolven liggen onder de zware wateren. Deze teekenen van een eeuwige gramschap joegen zijn gedachten verschrikt op, en hij bleef met de ellebogen op de balustrade, het hoofd in de handen, staroogend staan. Iemand raakte hem aan. Hij wendde zich om. Herodias stond daar.

Waarheid is, dat Herman Millioen bij zulk eene gelegenheid ook geen geld vorderde, hetgeen de gramschap van den teleurgestelden, zich bedrogen achtenden klant nauwelijks verzachtte; intusschen had zich hier een nieuwe horlogemaker neergezet, een jongmensch, die goed oppaste en geheel voor zijn vak leefde. Gij kent hem wel." »Koenraad Busch?"

Ik sta verbaasd bij 't aanschouwen van Zijne matelooze lankmoedigheid maar wee u! als straks over u Zijne alverteerende gramschap losbreekt!... Ik ben gezonden door Hem, Johan, ik kom tot u met de boodschap der Goddelijke verzoening. Nader ootmoedig den drempel der eeuwige Kerk, Johan.

Deeze schelm was zoo geweldadig, dat hy korten tyd te voren eene Negerin, die agt maanden zwanger was, had laten geesselen, tot dat haar de darmen uit het lyf kwamen, om dat zy een glas gebroken had. Een van zyne mans slaven, die zyne gramschap poogde te ontwyken, wierd door hem op staande voet om 't leven gebragt.

Ik plaag je niet; ik vraag maar of je niet wilt minnekoozen?" "Minnekoozen," hernam hij, met een schuinschen blik vol gramschap, van onder zijn bril uit, en lippen dik van toorn "minnekoos jij zelf!" "Met pleizier, beste vrind! maar de meisjes willen mij niet hebben. Ik ben te leelijk." "Je kunt mooi genoeg praten mijnheer!" zei Pieter, met de tanden op elkaar en bevende van haat.

"Heb ik iets gedaan dat u op mij kon verbitteren, het was dan onwetend; want waarlijk, Placida, ik wensch niets meer dan al wat in mijne macht is aan te wenden om u te behagen." "Ah, daarin juist bestaat uwe valschheid", zeide de jonkvrouw met eene gramschap die zij niet poogde te bedwingen. "Mijne valschheid!" herhaalde Robrecht, wiens oog plotselijk eene genster van verontwaardiging uitschoot.