United States or Czechia ? Vote for the TOP Country of the Week !


»Dominé! sprak Antje, toen zij gehoor had verkregen, »daar was nu Frits Millioen, ik wil zeggen de jongeheer Rosemeijer," verbeterde zij, toen de blikken der beide predikanten zich met verwijt op haar vestigden, »hij vraagt of hij dominé even mag spreken?" »Wel, dat treft aardig; laat hem boven komen, Antje," zei Willems vergenoegd.

"Net wat we samen gezeid hebben juffrouw," herneemt Krul: "en 't ergste is dat hij nu juist op reis moest wezen, en zoo wijd van hier; want om je de waarheid te zeggen, dat ie menheer Helmond uwes broer of neef, niewaar, beter vertrouwde dan den ouwen Biermans, dat kon je al lang merken; niewaar Antje?" "Ja.

"In één woord, als jelui er bij mij op aandringt, geeft dan maar een stukje papier...." Krul en de vrouw zien rond alsof ze het gevraagde op den vloer zouden vinden, maar eindelijk zegt Antje: "Je zakboek Krul!" "Ah ja Juist! Wacht." Hij scheurt er een blad uit en biedt het met zijn timmermanspotlood Jacoba aan. "Heb je geen inkt?" Weer zien de echtgenooten hun kamertje rond.

Toe zee ik tegen de jufvrouw: »Och jufvrouw" zee ik »mag ik, terwiel ie mij 't zulver sekuur in een pampiertien doet, eventies wezen, de naom die de hoogheid der an gef is mij deur 't heufd escheuten" en waorachtig, 't mens begreep mij momentelik. Wat is dat stadsvolk vernemstig! »Loop maor de gang ten ende" zee ze, en toe ruep ze meteen: »Antje, wijs de plee is an den Drentschen landgebruiker!"

Juffrouw Van Barneveld schijnt niets nieuwsgierig te zijn. "Nou Antje," zegt Krul gemoedelijk: "we moeten de juffrouw niet forceeren. Ik zal maar eventjes dat inktpotje halen; de trap is ook nog al stik voor de juffrouw." "Och nee, wat dat betreft," zegt Coba: "als je erop gesteld bent, och dan wil ik waarlijk wel eventjes meegaan."

»Dat zal ik ook niet," hernam hij, zijne pijp neerleggende, en zijn kopje thee uitdrinkende, »ik zal eens een visite maken bij den ouden heer Duinstee, om te hooren of zijn zoon Bram er wat van weet, en dan eens naar Frits gaan, die is nogal slim en zal me mogelijk op het spoor helpen, die twee zijn volgens het getuigenis van Antje met Piet Snibs heengegaan."

Uit dit beleg is de bijzonderheid bewaard, dat de Friesche Luitenant LAURENTIUS DE BLAU, bij een aanval doodelijk getroffen, door zijne achttienjarige jongevrouw, ANTJE TJEBBES TJEBBINGA, met veel onverschrokkenheid uit de loopgraven werd gedragen, in de legerplaats gebragt en naar Leeuwarden vervoerd, om hem bij zijne vaderen te doen rusten. Zie FERWERDA, Wapenboek, I in de Blau.

»Och, wat zou de poes!" zei de juffrouw half knorrend, half lachend, terwijl dominé in zijne verslagenheid stokstijf naar de ledige plaats stond te kijken, alsof hij op eene verschijning hoopte. »Dan moet ie met handen zijn weggenomen!" riep Antje, de hare in de zijde zettende als protest harer onschuld.

"Nou Krul, we benne immers onder de roos, want de juffrouw zal d'r niet van spreken niewaar?" "En gebruikt menheer Donerie nu in 't geheel geen medicijnen?" vraagt Jacoba. Man en vrouw Krul zien elkander veelbeteekenend aan: "Wel nee juffrouw. Nee zekerlijk niet!" zegt vrouw Krul. "Hoor is Antje, laten we nou voor God en ons geweten niet liegen.

»Ja, Antje, ja! dat mag je wel zeggen, mensch!" hernam de juffrouw hoofdschuddend, »is dat een opschik, als ik met haar uit de kerk kom en naast haar loop met mijn zwart zijden japon aan, mijn grijs satijnen hoed en mijn gepalmden doek, ben ik een burgervrouwtje bij haar die wel eene barones lijkt."