Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 juli 2025


De eene schiet hoog op, zoo als de lelie, eene andere, bij voorbeeld het viooltje, schijnt zich voor het zonlicht te willen verbergen en blijft laag bij den grond. Sommigen strengelen zich om boomstammen en klimmen op deze wijze hoog op; anderen kronkelen zich langs den grond of strengelen de twijgen in elkander.

Terwijl ze ging, was 't of lichtplekken opkropen tegen haar witte kleed, tot aan haar hoofd, waar ze dan even straalden en verdwenen. Zoo zag het viooltje. Den Man kon ze niet zoo goed zien. Ze zag alleen zijn hoofd lichten, boven het hoofd van de Vrouw. Toen kwam zacht lieve muziek door de stilte. De Vrouw zei: "Wat is het hier mooi!" en zag niet op. De Man zag haar aan, en zei: "Ja."

Een breed pad, dat moeilijk te begaan is, omdat ze er allemaal steenen in geslagen hebben, met kieren tusschen iederen steen, en hoogtes, en laagtes, dat je een goede borst moet hebben om er over heen te komen. Gelukkig heb ik die nog al. De kikker blies zich eens een beetje op, en haalde diep adem, zoodat zijn wit en grijs gevlekte borst opbolde. Wat deedt je op den straatweg? vroeg 't viooltje.

Als zooeven klommen licht-plekjes tegen hem op. Het licht van háár stem heeft hij in zijn oogen! Het licht van háár hoofd, is op zijn hoofd! jubelde 't viooltje weer. De Man keek recht voor zich uit; alsof hij iets zag daar. Waar kijkt hij nu naar? fluisterde het blauwe bloempje. Naar niets! Jawel! ik weet het: hij ziet het licht van haar stem!

De jonge man had Angèle reeds gevraagd om de twee witte rozen, die alleen nog waren overgebleven van den bouquet, waarvan iedereen een viooltje geplukt had .... Maar Angèle had geweigerd, doch alleen om ze tegen het einde van het bal te lagen liggen op een stoeltje, waarvan de blonde jongeling ze onmiddellijk ging weghalen.

In het bosch, aan den rand van een smal zandpad, stond een klein viooltje, een blauw, ach, zoo zacht-blauw viooltje: blauw, als denkende kinderoogen, als oogen, waar diep-in raden van levensdroefheid angstigt. 't Stond wonder klein in 't groote bosch. Hoog, recht, streefden de dennen er òp uit de aarde. Hun kruinen reikten in 't licht. Geheimzinnige zangen zongen ze.

De lelie, het vergeet-mij-nietje, de roos, het viooltje, de resida, de aster, de tulp hoe onnoemelijk verschilt de eene van de andere in kleur, vorm en geur; bij elke is de bloem op eene andere wijze, geheel eigenaardig gevormd. Ja, wij gaan nog verder!

Toen zij den voet op den drempel zette slaakte Tom een diepen zucht, maar zijn gelaat klaarde terstond weer op, want eer zij de deur inging, wierp zij een viooltje over de haag. Tom liep naar de plek waar het viooltje lag, bleef op een paar treden afstand van het bloempje staan en hield toen de hand voor de oogen, alsof hij iets heel bijzonders op straat zag.

Zoo dacht de Vrouw, als ze het doode viooltje zag. En de kikker vertelde nog dikwijls van de menschen; maar dit vertelde hij niet; want daar was zijn vader niet bij geweest. Later ging hij weer eens 't pad langs, waar het viooltje gestaan had. 't Was er niet meer. Dood! zei de kikker; en hij sprong verder. 't Weiland verveelde hem; hij wou weer naar den straatweg.

De zwaluwen, die van hun pelgrimstocht naar het Oosten teruggekeerd waren, schoten pijlsnel door de lucht, de meidoorn sierde de struiken met de sneeuw van zijn bloesems; het viooltje doorgeurde het gras der bosschen, waarin men reeds de vogels met een liederenboek onder de vleugels uit hun nest zag komen.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek