Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


Maar La deelde hem mede dat zij 's avonds bij vader en moeder van Dalen teelkost in overvloed zouden krijgen, en dat vooruitzicht troostte Vaprijsken en deed hem reeds op voorhand lekkerbekken.

Links vóór hen uit, in 't donkere van den nacht, laaide plotseling een roode gloed op en tegelijkertijd bomden in de verte, kort na elkaar, drie dreunende kanonschoten. "Zie-je 't vier? Heurt-e ze?" riep Vaprijsken, in de duisternis tot Alfons en Rozeke zich omkeerend. Hartstochtelijk knelde Rozeke Alfons' hand in de hare.

Hij 'n verstoat er hem nie aan!" lachte 't Geluw Meuleken. "Ge 'n meug het hem nie zeggen, ge moet hem in den twijfel loaten," schertste Rozeke ondeugend. En zij vermaakten zich beiden nog een heelen tijd om 't leuke grapje, spottend-spiedend door de raampjes naar Vaprijsken, die nu weer, met een uitdrukking van diepzinnig peinzen op 't gelaat, aan 't werken was.

Plotseling rukte Irma ruw de pijp uit haar lippen en gooide die tegen den grond, terwijl ze met een "pouah" van walging spuwde. "Wa scheelt er dan? Deugt den toebak niet?" giegelden de vrouwen. "Pouah! de smeirlap! hij hêt er papier in gestopt!" walgde Irma met een verwoeden blik op Vaprijsken. "Papier nog al!" deed deze, zich onnoozel houdend en de pijp oprapend.

In stil gepeins daarover liep zij even zwijgend in de duisternis naast Alfons, terwijl La en Vaprijsken in stoeiende pret reeds enkele schreden vooruit waren. Zacht legde hij zijn arm om haar middel en drukte haar tegen zich aan. "Rozeke, woarop peist-e dan?" streelde hij. "Op ou," sprak ze heel zacht, verliefd-glimlachend in het donker naar hem opkijkend. "Op mij alliene?" plaagde hij.

"Datte!... da zijn liefs veur ons!" schertste Vaprijsken. En hij wenkte ze van verre tot zich, vrijpostig roepend: "Ala toe, meiskes, kom moar hier; we zillen ulder ne kier tegen onz' onderveste trekken." "Ha moar zwijg toch, gie kalf!" riep Rozeke eensklaps een vurige kleur krijgend. "Zij-je nie beschoamd! 't zijn iefers van 't kastiel!"

Op staanden voet had deze Vaprijsken den dienst opgezegd en daarop hadden zij hevig gekeven en elkaar de ergste scheldwoorden naar 't hoofd gegooid.

Half pruilend nog keek ze naar hem op, maar het lieve en aardige in haar karakter nam dadelijk weer de overhand en haar heldere oogen lachten hem glinsterend tegen, als zonnestralen door een vluchtig onweerswolkje. Plotseling had Vaprijsken een inval. Weet-e watte! loat ons elk van zijne kant goan!" riep hij. "La mee Rozeke in de wijnkels en ik mee Fons ievers elders."

Vaprijsken en het Geluw Meuleken knikten onderdanig met het hoofd, begrijpend wat hij zeggen wilde; Smul, integendeel, slechts even knippend met de oogen, bleef stug en sprakeloos als een bruut, zonder zijn stuurschen blik tot zijn baas op te slaan.

Alfons was lief voor haar en vroolijk van gemoed; haar ouders, broers en zuster kwamen geregeld haar bezoeken en meer en meer bleek het dat zij aan 't Geluw Meuleken en aan Vaprijsken uitmuntende dienstboden hadden. Zij voelde zich kalm gelukkig zonder onvoldane wenschen. En 't glanzend najaar was zoo schitterend en zoo schoon!

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek