United States or North Korea ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daarom is het niet haar hoogste roeping; maar wél kan 't iets zijn, dat haar heelemaal in beslag neemt, en vult... Zie-je, ik geloof, dat 't bij mij zóó is: ik heb heel veel kracht, en toewijding en levenslust. Die moet ik ergens aan geven.

"Zeker, zeker, dat is volkomen waar," zei Gerards ernstig, dof. "Ik wist dat je 't met me eens was, Hary. Daarom zei ik 't ook niet. Maar er zijn er toch, die zich gouden bergen voorstellen, ook van die boring nu weer in Brunssum. Doch wacht maar. Ge beleeft dat nog, en ik ook, als ik ten minste tijd van leven heb. Ik zeg maar, zie-je, dat het jammer is voor ons landje."

Daarna dronk hij zijn glas weekroode bessensap tot aan den bodem leêg en vroeg om nog een glas aan Mathilde, die al met haar hand zat uitgestrekt; terwijl een klein koeltje door het open venster haar lichtste haren liet wuiven over haar voorhoofd, en haar bleek gezicht beter liet zien. Kind, wat zie-je bleek. Ik weet niet, vader; dat is zeker om dat ik van morgen een beetje hoofdpijn heb gehad.

Vader vertelde ook nog, hoe ze het kindje van vrouw Smul, je weet wel, van die baker, behekst heeft, zoodat het binnen drie dagen dood was. En dat was toch maar bij eene arme vrouw, zie-je. Neen, die heks moesten ze maar gevangen zetten, dat zou mooi opruimen." "En hoe wist vrouw Smul dan, dat haar kind betooverd was?" vroeg een der jongens. "Wel, dat is gemakkelijk genoeg te zien.

Een week later, toen hij in de ziekenkamer de koerant zat te lezen, zeide hij: Zoû je 't naar vinden, als ik weêr eens uitging? Wat bedoel-je? Zoo 's avonds naar de opera of zo.... een enkele keer ... zie-je. Welnee, Jos, ik heb 't je immers zelf wel 'es gevraagd, dat te doen, ga gerust, dan heb je een beetje afleiding. Hij ging.

"Ze heeft het te druk," antwoordde Go vriendelijk, zelf vol kinderlijke belangstelling in de sympathie van den dichterlijken droomer voor de uiterlijk-antipathieke, stugge Lize. "Ze móet vlug haar examens doen, zie-je, en daarom werkt ze aan één stuk door, en gaat nooit uit." "Maar dat k

Daarna dacht ze weêr een tijdje. Zie-je, zeî ze toen, als zeî zij het besluit van een lange inwendige redeneering, het is onmogelijk, dat ik altijd zoo zoû blijven als ik nu ben ... Een geluk, dat zoo groot is, kan niet in-éens uit zijn ... Ik zal stellig weèr beter worden, heel zeker, ik weet 'et natuurlijk niet, maar zie-je, ik voel 'et zoo, ik voel 'et.

Zie-je, Huib, zoo zouden wij, matrozen en varensluî, doen, en daar we toch wel nooit grutter of raadpensionaris zullen worden, zoo moesten we er ons zelven ook maar geen oogenblik het hoofd mee vermoeien met te denken wat de landkrabben doen!"

Zie-je mallekoar nie geirn mier dan?" Als onder een schok keerde hij zich om en herkende in de duisternis de struische gestalte van Irma Pese. Onopgemerkt was ze naast hem komen loopen. Haar oogen glommen van ondeugende pret in 't donker, en even zag hij, als een kleine lichtstreep in haar vaag gezicht, de witte schittering harer tanden.

"Wa moên de meinschen doarvan peizen! Ha 'k ben toch zeu beschoamd, e-woar, da 'k hoast mijnen neuzel buiten de deuren nie mier 'n durve steken! Doet dat toch ophouên, Belzemien! Wa moe ons wirkvolk doarvan peizen? Zie-je gij dan niet da ze gien half wirk mier 'n verrichten? Teug verdeeke toch ne kier da g' hier den ouwsten en den wijsten zijt?