United States or Malaysia ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Mijnheer pastoor, onderbrak Stoffels, wanneer ik Willem op een pachthoeve plaats, is hij ook onder uw oogen uit. Doch ik vraag maar: kunt gij een jongen van vijftien jaar hier in Brunssum drie mark daags te verdienen geven?" "En kun jij, zijn bloedeigen vader, den drankduivel van hem afweren, met de zeven duivels die dezen ten dienste staan?

"Toch niet op de mijn?....." "Te Amstenrade. Er zijn gewonden, verschillende...." "God in den hemel, mijn jongen! Willem. Zeg het me, wat is er!" "Verschillenden zijn er getroffen, ook van Brunssum. Maar...." "Waarom zoudt gij hier komen als er niets was? O, mijnheer pastoor. Is er iets met Willem? Is hij erg....?" De vrouw verborg het gelaat in de handen.

Tusschen de boomen stond de boortoren nog even zichtbaar, met de vlag als in zijn gebalde vuist. "Stoffels zei de pastoor van Brunssum ik heb je bij me laten roepen.... Wat heb ik gehoord, mijn goede vriend?" "Wat zal dat zijn, mijnheer pastoor?"

"Als ik die den rooden haan niet een keer op het dak jaag," zei Willem Stoffels tot zijn kameraad, met een vloek als naar gewoonte, "dan wil ik stikken!" Zoo ging hij zijns weegs, het donker in. Den eerst volgenden keer toen Hary Gerards in Brunssum terug kwam, was 't weer zomer-vakantie.

Vooral de laatsten waren belangrijk voor het met zo weinig mogelijk risico overbrengen van de kinderen uit Amsterdam naar Limburg: een jonge vrouw met een kind in de trein trekt minder de aandacht dan idem een jongeman. Het werk breidde zich uit: ds. H. Bouma te Treebeek/Brunssum werd ingeschakeld; via hem kwam er een fors aantal beschikbare adressen bij. Volgende medewerkers waren ds.

Toch heeft de NV niet minder dan 250 Joodse kinderen weten te onttrekken aan deportatie. Pas 37 jaar na de tweede wereldoorlog werd de anonimiteit opgeheven. En ten slotte organiseerde een van de -kinderen", Jack Aldewereld, in mei 1989 een grote reuenie te Brunssum waar "kinderen", helpers en pleegfamilies elkander weer ontmoetten. Ed van Thijn, ook een "kind", sprak de feestrede uit.

Er waren er een heel aantal reeds van 't dorp, die naar Heerlen en naar andere mijnen togen; en die van Brunssum waren er vandaag, daar 't kermis was en de fanfare er speelde. Al dat volkje zat zoo wat afgezonderd in 't begin. Zij hérrieden het meest. Ook was er Willem Stoffels onder. "Die kon ook wel beter doen," merkte een oude boer op. "Hoe oud is die wel?" vroeg een ander.

"Ze zouden 't niet zijn, als ze niet wilden!" "Eén rotte appel is genoeg, en die ééne ontbreekt er nooit. Wie houdt den hond als hij van de ketting komt? Laat zoo'n dozijn, of een vijftig van die losgebroken duivels, op Brunssum neerstrijken en wensch je dan geluk met dien zegen...." Jansen verschoof zijn stoel met een heftigen ruk, zoodat de rieten zetel kraakte.

En Anna las er den naam van Hary Gerards, en bloosde. Anna was nadenkend gebleven heel den dag. In den namiddag hadden zij gehoord wat er te Amstenrade was voorgevallen. Een half uur later was 't bekend geworden in het dorp, dat ook de jonge Stoffels van Brunssum verongelukt was bij de instorting. Hij behoorde tot de vermisten. 's Anderdaags groef men zijn lijk op.

"Ja-maar, ik kom zóó van den trein en ze wachten me. Het wordt nog warmer later op den dag...." Dan stapte hij vlugger door het veld dat tusschen Merkelbeek en Brunssum deint. Daar hief tusschen het groen der stille popels, de toren van zijn dorpskerk het kleine, leien ronddak als een helm van staal. Die stond er als een grijze hellebardier. En de vreugde lachte van zijn gezicht.