Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 mei 2025


Zij deed het des te liever omdat Vaprijsken zulk een goede, trouwe dienstknecht voor hen was; en zoodra zij weer thuis kwam haalde zij het goudstuk uit het laadje waar ze 't opgeborgen had; en, het oogenblik te baat nemend dat Alfons zich nog op den akker bevond, riep zij 't blonde ventje, dat bij de stallen bezig was, van op den drempel van het woonhuis toe: "Vaprijs, 'k hier wa veur ou!"

Vaprijsken, als een zomervogel in 't groengeel gekleed, was trouwvaârke, en La, in 't donkerbruin, met schel-blauwe bloemen op haar hoed, was trouwmoêrke. Verder dienden drie ambachtslui uit de buurt, doorgaans voor dergelijke gelegenheden op het laatste oogenblik van hun werk gehaald, tot huwelijksgetuigen.

Hij zag er slecht en mager uit de laatste weken, wellicht door 't overmatig werken uitgeput; en soms, wanneer zij hem op mooie zomerzondag-middagen afgemat en eenzaam onder een boom of ergens op het erf zag zitten, in plaats van zich als Vaprijsken in de herbergen van 't dorp te gaan verlustigen, voelde zij een vaag medelijden in zich opkomen en had zij wel graag iets willen verzinnen om hem voor zijn hard zwoegen vergoeding te geven.

Hij mompelde een "goên dag" terug, maar zonder ze ooit aan te halen of er verder eenige notitie van te nemen. Hij stond op, stak een pijp aan en ging weer naar 't veld, waar hij tot twaalf uur bleef. Dan zat hij met Rozeke en de kinderen, met Meleken en Vaprijsken aan de gemeenschappelijke tafel.

Vaprijsken en La hadden trouwens ook niets geen zin om naar 't Begijnhof mee te gaan. Zij zouden de trouwers maar liefst tot aan de poort van het Begijnhof vergezellen, en daarna wat heen en weer gaan wandelen in de straten, en na een half uurtje of drie kwartier hen bij den ingang komen afwachten.

Zij vond het ontzettend dat juist zij het beslissend jawoord moest geven. Weer keerde hij zich in zijn leunstoel tot Vaprijsken om: "Al gezeid. Vaprijs jongen, goa gij weere noar 't dorp en zegt hem dat hij hier verhuurd es en dat hij hoe ier hoe liever zoe komen." "Al gezeid, boas." Vaprijsken stak een pijp op en was buiten. Reeds den volgenden ochtend was Smul met pak en zak op 't boerderijtje.

Vaprijsken, die 's middags vrij had, ging naar het feestvierend dorp, en in plaats van als naar gewoonte op zijn uitgangsdagen, tusschen negen en tien, licht-aangeschoten maar toch kalm thuis te komen, keerde hij ditmaal terug in 't holle van den nacht, luidkeels brullend, vloekend en zingend door elkaar, spektakel en gedruisch verwekkend als van een bende van wel tien.

Stom-gapend van verbazing stonden La en Vaprijsken hen aan te kijken, tot Alfons hen eindelijk met zich meetrok in een eenzaam zijstraatje, waar hij hen, nog steeds om de beurt lachend en huilend, het verhaal deed van den heiligen Tobias en van het bankbriefje van honderd frank, telkens in hortende woorden smeekend dat zij er toch niet om lachen zouden, want dat nicht Begijntje veel te goed en veel te lief was om bespot te worden, en telkens zelf weer in overweldigende lachbuien uitproestend, hoe langer hoe erger, naarmate La en Vaprijsken, die eindelijk de toedracht van de zaak begrepen, ook in dolle uitgelatenheid hun wilde pret uitschaterden.

En juist als op de slijting, ging deze nu ook in zijn zak en haalde er een goudstukje van twintig frank uit. "Pour qui?" vroeg hij aarzelend en stil tot jonkvrouw Anna. "Pour moi, monsieu!" riep vrijpostig Vaprijsken. Een wild gelach steeg op omdat Vaprijsken Fransch sprak, en ook de jonker glimlachte, den blik nieuwsgierig op Vaprijsken. "Mais c'est le même de cet été!" zei hij verwonderd.

Moeder, steeds categorisch in haar optreden, wilde dat zij heel den boel ineens opruimde, dat zij, niet alleen het Geluw Meuleken, die nu trouwens bij haar moeder in het dorp was en bleef, maar ook en vooral Smul en Vaprijsken voor goed aan de deur zette. Doch vader van Dalen en Rozeke's broeders, veel kalmer en wijzer, kwamen daar sterk tegen op en beweerden dat het gekheid wezen zou.

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek