United States or Faroe Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wat scheelt je?« »Schelenzei het meisje. »Niks. Waarom kijk je me zoo an?« »Wat is dat voor gekheidvroeg Sikes, greep haar bij den arm en schudde haar ruw door elkaar. »Wat is er? Wat wil je? Waar denk je an?« »An allerlei dingen, Billantwoordde het meisje met een huivering en drukte haar handen tegen haar oogen. »Maar God! Wat 'n onzin

Lieve kind, laat onmiddellijk de likeuren komen. Hoe zit jij daar zoo te druilen, Lorre?" "Hij heeft knorren gehad, papa," antwoordde de dochter, "omdat hij andere woorden spreekt dan die ik hem geleerd heb." "Allemaal gekheid! Hoe meer woorden hoe beter! Poes, poes! kopje krauwen! gekskap!..." "Papa, ik had het waarlijk liever niet." "Nu, nu, Harriot my dear! Ik zal 't niet weer doen.

Geen adel en geen rijkdom, de mensen zijn van nature gelijk; geen weelde in eten en klederdracht, geen preutsheid en geen affectatie, geen bederven van de natuur door opvoeding en konventie, niet al dat blanketten en maskeren van de naaktheid van het geslachtsleven, niet al die hoogdravendheid en gekheid van het ridderwezen, laten wij natuurlik zijn en waar, en de werkelikheid onder de ogen zien.

"Allemaal gekheid! Een mensch moet altijd vroolijk zijn!" Ik begon tienmaal meer van Henriette te houden. De kaketoe riep: "Zoete vrouw." Wij zaten nog aan het dessert, toen de heer Van der Hoogen, dien ik in mijne gedachten nooit anders dan "den charmanten" noemde, aangediend werd en binnenkwam. Henriette kleurde vreeselijk. "Dérangeer je niet, lieve mevrouw; dankje mijnheer Van Kegge.

Kaap Matifou had een leelijk gezicht getrokken; maar als het moest zijn, dan was hij besloten om slangen te eten, evenals een eenvoudige Aïssasoua. Hij pruttelde evenwel nog iets tegen. "Moeten wij dat voor ons pleizier doen?" vroeg hij na een poos bedenkens. "Voor ons pleizier neen," antwoordde Pescadospunt met een guitigen glimlach op de lippen. "Maar waartoe dan die gekheid?"

Ulrica moet vrij handelen: het staat dus aan u, uw best te doen om haar genegenheid te winnen." "Zij is lang in Den Haag geweest," zeide Mom, het hoofd schuddende. "Daarover kunt gij u toch niet beklagen," hernam Reede: "daar hebt gij haar het eerst leeren kennen." "Ik vrees maar, dat de een of ander hoofsche Jonker...." "Gekheid, gekheid, Heer Ambtman!

Hij had, gedurende eenen slapeloozen nacht, den tijd gehad om over zijne belachelijke verbeeldingen en den goeden raad van den sergeant-majoor na te denken, en daarbij met schaamte erkend, dat hij, sedert zijne aankomst te Gheel, juist had gehandeld als ware het hem te doen om tegen den ridder Don Quijote van Cervantes in gekheid te wedijveren.

»Bedaar, bedaar! vriend Jaspersz!" piepte het kereltje, terwijl hij angstig achteruit schoof; »ik heb dat wel eens gezègd, zeker, zeker! Maar uit gekheid, weet je?" »Jawel," gromde de scheepstimmerman, »zoo kan je natuurlijk je d'r altijd uit redden."

"Ik kreeg hersenkoorts of iets dergelijks toen we goed en wel in volle zee waren; tenminste de Duchess lag drie weken bijgedraaid; toen pas was ik mezelf weer meester, en we sukkelden verder met de schuit naar Sydney. In ieder geval hebben die nikkers van Maloe de eeuwige les geleerd, dat het niet goed is, gekheid te maken met een blanke.

De goede man stelde mij gerust en zei: "Kom, kom, die man heeft misschien een grap met je willen hebben en bovendien, hier zal hij niet komen." "Neen, neen! 't Was geen gekheid en hij zal mij op straat wel opwachten!" "Welnu, laat hem dan maar wachten en blijf hier, je kunt vanavond met de koksjongens eten en gaan slapen."