United States or Chad ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wie zou dat loover-hutje samenvoegen In rozen-armen, waarin geuren wonen....? De jonkman fluistert, purper op de koonen, En zij tuurt, zonder zien, naar ’t boezem-zwoegen; Hij kust de handen, die om kussen vroegen, Al warrend door de lokken, die hem kronen; Ik zie zijn lippen door haar lippen loonen, En in het scheemrig hutje lacht genoegen.

Hij is heel rustig. Hij kijkt maar naar boven, naar de lucht of tuurt naar den horizon of zit in de zon te staren tot z'n oogen pijn doen. Dat mag-i niet, maar ze kunnen niets met 'm beginnen. Aan 't praten kunnen ze 'm niet krijgen. Z'n schilderijen doen tegenwoordig aardige prijzen. En Koekebakkertje is een wijs en bedaard man geworden.

Doch gij vertrouwt ons niet, hoe langer gij tuurt op die kleine raders want gij gevoelt wel dat het raderen zijn, toch ziet ge klaar, onbedrieglijk zeker, dat zij geschapen tot redelijke wezens, nog met het kleed der menschen zijn bedekt.

Hij kijkt, hij tuurt, springt in zijn opgewondenheid overeind en heft zijn hoofd onvoorzichtig ver boven de hem verbergende rots op. Een groote vlucht van wel dertig of meer vliegt regelrecht naar hem toe, al nader en nader.

Maar Eva hoorde hem niet; ze stak het hoofd uit het portier en riep vol onrust: "Vooruit dan koetsier, vooruit! of we komen te laat aan den trein!" En Philip Helmond snelt opnieuw naar het raam. Hij heeft weer een rijtuig gehoord. Het kwam nader. Ja zie, de voerman tuurt naar de nummers der huizen. Philips hart klopt vol onrust. Nu is de vigilante de woning genaderd. Zij houdt stil voor de deur.

Onafgebroken staart hij door het lorgnet zijn schoone aan; wel glijdt het glas nu en dan uit zijn oog door de glibberigheid van zijn huidplooien, maar telkens doet hij het instrument zijn plaats hernemen en onvermoeid tuurt hij naar 't knipoogend meisje. En zij! Zij bloost van warmte en verliefdheid.

't Was toch zonderling; dat die voorname zwager daar nu neerlag in hare woning, en geheel alleen overgelaten aan de zorg van den verguisden Philip en zijn verachte vrouw. Slaap gerust arme zieke, denkt de jeugdige echtgenoot van den vurigen Helmond, terwijl ze met de hand aan het fijnbesneden gelaat naar de zij van het ledikant tuurt: Slaap gerust! Ik heb verplichting aan u.

Suze heeft zich de weelde veroorloofd voor zijne schoonzuster op te treden.... IJlings snelt hij door de voorkamer naar het kabinetje. Suze had van het gefluister aan de trap niets verstaan. Zij blijft achteloos uitgestrekt in den gemakkelijken, lagen leunstoel, en tuurt naar den ingang van het kabinetje, daar het blauw damasten deurgordijn, als gewoonlijk, wijd is weggeschoven. Stappen klinken.

"Atjuus menheer Kippelaan!" zegt Hendrik, en Kippelaan eensklaps uit zijn droomen ontwakend, verbeeldt zich dat hij op De Zonsberg heeft gedineerd; haalt zijn portemonnaie te voorschijn, zoekt en frommelt en tuurt erin, en.... is verplicht Hendrik een gulden te geven, want "de twee kwartjes" hij vond ze niet.

Toen nog niet was, dat waar ge thans op tuurt, Dacht ik: wat zult ge een ander ’t hart ontblooten, Dat zich in honderd klanken heeft ontsloten, En uit het wrangste honig heeft gepuurd! Toen heeft in mij een stem mij aangevuurd, Die sprak: „Gij juichte’ in wat gij hebt genoten, Wat waar en schoon docht, hebt ge in ’t lied gegoten Geheel uw aard heeft zang en stift bestuurd.