United States or Greenland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Voor hij zijn vrouw kon antwoorden daverden ontploffingen... Het huis scheen te beven en de ruiten te trillen. Och, Snepvangers, kreunde Madame. Blijf maar stillekens liggen, vrouw lief, suste hij, niet bang zijn, 't is niks... Vol verteedering nam hij haar grijs hoofd in zijn arm, kuste haar en proefde haar tranen. Wij hebben nooit iemand kwaad gedaan, troostte hij.

De verovering van het geheele westelijke deel van Vlaanderen, voor zoover het aan Zeeland grensde, verhoogde nog de waarde van het bezit van Sluis en troostte de Nederlanders over het verlies van Ostende. Terwijl deze gebeurtenissen gedurende de laatste jaren te land voorvielen, was ook de zee getuige van meer dan één belangrijk feit.

Vere had het hen op de gunstigste manier uitgelegd en pastoor Doening, die sindsdien dagelijks kwam, troostte hen met de verzekering dat Simon gauw weer vrij zou komen. Ze teerden sukkelig op die verwachting.

Haar geweten begon onrustig te kloppen bij de gedachte dat zij iets zou gaan doen dat hare tante hoogst waarschijnlijk af zou keuren, maar alweer troostte zij zich met de gedachte: "Als ik er heel even heenga om hen te bedanken en dan zeg dat ik nooit weerom mag komen, kan tante het zoo erg niet vinden," en zonder zich langer te bedenken, zette zij haar hoed op, deed haar mantel om en ging heen.

Ma troostte hem met een stukje hondekaak en een hompje kaas. Na 't ontbijt zijn ma en ik een flinke wandeling met Bruno gaan doen. Ma wilde Miekie, geloof ik, ook wel mee hebben, omdat ze het zoo stil vond zonder haar ventjes, maar dat ging natuurlijk niet. Toen we den hoek van de straat omsloegen, kwamen we Pollo tegen. Dat was een vroolijke ontmoeting tusschen Bruun en hem.

Ik mocht hem een dubbeltje geven, daarna zei Moeder: "De man is niet verlaten, hij zou verlaten zijn als de menschen hem niet telkens weer wat afstonden. Hij heeft voor het geld, dat hem geschonken wordt, nu wel een goede verzorging". Zoo troostte ze me. Toch bleef het medelijden nog bij mij nawerken. Het jammeren van den ongelukkige wilde maar niet uit mijn gedachte.

"De ouders uit het dal en ook de jongelingen, wier bruiden met gouden bekers begiftigd waren, deden dagelijks een bedevaart naar den kluizenaar in de grot, die vastte en zich kastijdde, om het land van die plaag te verlossen. Deze troostte hen altijd met de hoop, dat weldra de Booze verjaagd zou worden, maar dat nog de tijd niet gekomen scheen.

Maar wat kwellingen, wat beleedigingen hij van hen te verduren had, hij troostte zich met de bewustheid, dat hij jegens zijn God, jegens zijn gebieder, jegens het Graafschap en jegens het hem dierbare Amsterdam zijn plicht had vervuld.

Ze toetste plots het heimelijk ongemak dat hier in huis spookte, en begon te huilen. Niets troostte haar meer. Ze kreet dat ze bij moeder moest, en dat al de bloemen voor moeder waren. Ze wilde naar boven ijlen, in moeders kamer. Simon hield haar zacht tegen en Oomken, binstdat zijn gemoed volschoot, schudde zijn kop. Moeder lag niet meer in hare kamer. Waar dan? Waar dan, als het u blieft?

Ik wilde ongaarne achterblijven; mijne grootste zorg was mijne makkers niet uit het oog te verliezen. Ik sidderde bij de gedachte van in de diepte van dezen doolhof te verdwalen. Al werd de stijgende weg ook moeielijker, zoo troostte ik mij daarmede, dat hij mij dichter bracht bij de oppervlakte der aarde en bij mijne lieve Gräuben.