Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 mei 2025
"Gaan wij daarheen?" "Ja, mijnheer." Wederom ontstond een pauze, toen hernam hij: "Wie heeft u toch op dit uur water in 't bosch laten halen?" "Vrouw Thénardier." De man vroeg op een gedwongen onverschilligen toon, doch die echter op eene zonderlinge wijze beefde: "Wie is dat, vrouw Thénardier...?" "Zij is mijn meesteres," zei het kind. "Zij houdt een herberg." "Een herberg?" zei de man.
Vrouw Thénardier had, als gewoonlijk, haar man laten handelen. Zij verwachtte iets gewichtigs. Toen de vreemde en Cosette weg waren, liet Thénardier een groot kwartier voorbijgaan. Toen ging hij tot haar en toonde haar de vijftienhonderd francs. "Meer niet?" zeide zij. Dit was de eerste keer, sedert het begin van hun echtelijke samenleving, dat zij een daad van den meester durfde berispen.
Hij boog zich op de commode, stak den arm uit, nam het papier, maakte zacht een stuk kalk van den wand los, wikkelde het in het papier, en wierp een en ander door de opening te midden van het dievenhol. 't Was tijd. Thénardier had zijn laatste bedenkingen, zijn laatsten schroom overwonnen, en naderde den gevangene. "Er valt iets," riep vrouw Thénardier. "Wat is 't?" zei de man.
Het hoofdeinde hunner bedden raakte tegen den schoorsteen. Thénardier bevond zich juist boven hun hoofden, op den zolder, die Bel-Air heette.
Toen zij de herberg naderden, nam Cosette hem bedeesd bij den arm en zeide: "Mijnheer?" "Wat, mijn kind." "Wij zijn dicht bij huis." "Nu?" "Wilt ge mij nu weder den emmer laten dragen?" "Waarom?" "Omdat, als vrouw Thénardier ziet, dat een ander hem voor mij heeft gedragen, zij mij slaan zal." De man gaf haar den emmer. Een oogenblik later waren zij aan de deur der kroeg.
De verdwijning van dezen persoon scheen volkomen. Vrouw Thénardier was, gedurende het onderzoek van het proces, in de gevangenis overleden. Thénardier en zijn dochter Azelma, de twee eenige overgeblevenen van deze erbarmelijke groep, waren weder in de duisternis verzonken. De afgrond van het maatschappelijke onbekende had zich stil boven deze wezens gesloten.
Binnen een halve minuut was hij boven op den muur op zijn knieën. Cosette zag verstomd tot hem op, zonder een woord te zeggen. Jean Valjeans vermaning en de naam van vrouw Thénardier hadden haar doen verstommen. Eensklaps hoorde zij de stem van Jean Valjean, die haar zacht toeriep: "Ga tegen den muur staan." Zij gehoorzaamde. "Spreek geen woord en wees niet bang," hernam Jean Valjean.
"En hoeveel is zulk een paar kousen waard als 't klaar is?" Vrouw Thénardier sloeg een schamperen blik op hem. "Ten minste dertig sous." "Zoudt ge het voor vijf francs willen geven?" hernam de man. "Drommels!" riep luid lachend een voerman, die luisterde, "vijf francs? Dat geloof ik wel!" Thénardier meende thans te moeten spreken.
Inmiddels eischte Thénardier, die op eene of andere bedekte wijze vernomen had, dat het kind waarschijnlijk een onwettig kind was en de moeder het niet kon wettigen, vijftien francs 's maands, zeggende, dat het "ding" grooter werd en hoe langer hoe meer "at" en dreigende het terug te zenden.
Sommige karakters kunnen niet aan de eene zijde beminnen, zonder aan de andere te haten. Moeder Thénardier beminde hartstochtelijk haar eigen beide kinderen, en daarom haatte zij het vreemde meisje. 't Is een treurig denkbeeld, dat ook de liefde eener moeder een slechte zijde kan hebben.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek