Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 mei 2025
De onmogelijkheid om hem te dicht te naderen, zijn kleeding als van een voormalig onderwijzer, de verklaring van Thénardier die een grootvader van hem maakte, eindelijk het geloof dat hij in 't bagno gestorven was, vergrootten Javerts twijfel. Een oogenblik was hij voornemens hem onverhoeds naar zijn papieren te vragen.
De koopman, die in zijn kraam heen en weder ging, kwam haar eenigszins als onze lieve Heer voor! In haar verrukking vergat zij alles, zelfs de boodschap waarmede zij belast was. Eensklaps riep de ruwe stem van vrouw Thénardier haar tot de wezenlijkheid terug: "Hoe, deern! Zijt ge nog niet weg! Wacht, ik zal bij u komen! Ik vraag u, wat doet ge daar toch! klein monster, ga!"
Aan deze woorden, in zuiver Fransch gesproken, herkende Thénardier Montparnasse, die er zijn eer in stelde allerlei soort van dieventaal te verstaan, maar ze niet te spreken. De vierde zweeg, maar zijn breede schouders verrieden hem. Thénardier behoefde niet te twijfelen. 't Was Gueulemer. Brujon antwoordde schier driftig, doch altijd zacht: "Wat zegt ge?
Hoe was zijn toestand in dat, 't welk gevoerd zou worden? Hij wist niet tot wien hij sprak, maar wel waarvan hij sprak. Schielijk nam hij heimelijk zijn wapens in oogenschouw, en na gezegd te hebben: "Ik ben Thénardier", wachtte hij. Marius was in gedachten gebleven. Eindelijk had hij dan Thénardier voor zich. De man, dien hij zoo vurig gewenscht had weder te vinden, was er.
Dit gebaar en 't gezicht van het kostuum en de bagage van den vreemdeling, die vrouw Thénardier met een oogwenk had opgenomen, deden den vriendelijken glimlach weder verdwijnen en het norsche gezicht opnieuw voor den dag komen. Zij hernam droogjes: "Kom binnen, vriend." De "vriend" trad binnen.
Zoo ge mij laat in hechtenis nemen, weet mijn kameraad, wat hij met de Leeuwerik moet doen." De gevangene sprak niet. Na een pauze hernam Thénardier: "Ge ziet, 't is alles zeer eenvoudig. Er zal geen kwaad gebeuren, zoo ge 't zelf niet wilt. Ik verhaal u de zaak, en waarschuw u, opdat ge weet waaraan u te houden." Hij hield op, de gevangene bleef steeds zwijgen.
En Marius, onbekend als hij was met de juiste toedracht der zaak op het slagveld van Waterloo, wist niet, dat zijn vader tegenover Thénardier in den zonderlingen toestand was, van hem het leven verschuldigd te zijn, zonder hem dankbaarheid schuldig te wezen. Aan geen der verschillende agenten, welke Marius gebruikte, gelukte het Thénardiers spoor te vinden.
Marius schoof eensklaps zijn stoel dicht bij dien van Thénardier.
Zijn vader beval hem uit zijn graf, Thénardier zooveel mogelijk goed te doen; sinds vier jaren had Marius geen andere gedachten, dan de voldoening van deze schuld zijns vaders, en op hetzelfde oogenblik dat hij door de justitie een roover te midden zijner misdaad wil doen vatten, roept het lot hem toe: 't Is Thénardier!
Thénardier verscheen weder onmiddellijk achter hem, bleef in de half open deur staan en was alleen zichtbaar voor zijn vrouw. De bruine man had zijn stok en zijn pakje in de hand. "Zoo vroeg bij de hand!" zei vrouw Thénardier, "gaat mijnheer ons reeds verlaten?" Dit zeggende draaide zij verlegen de rekening in haar hand en maakte er met haar vingers vouwen in.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek