Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 oktober 2025
In overleg met dokter Abels had hij besloten den pandjesbaas nogmaals te ontbieden, om hem de papieren van Dorus afhandig te maken. Zedelijk waren zoowel Verhagen als dokter Abels overtuigd, dat Dorus de ware erfgenaam was, maar wettig was het niet te bewijzen, evenmin als het overtuigend bewijs kon geleverd worden, dat de papieren, die Strijkman onder zich had, aan Dorus toebehoorden.
De weduwe begrijpt plotseling, dat alles reddeloos verloren is, en staat op, als wilde zij heengaan. Zij wenkt haar zoon, om ook op te staan. "Blijf zitten, juffrouw!" Strijkman ziet Dorus onbeschaamd aan en zegt plotseling: "Je kunt zeggen, wat je wilt, maar bewijzen kun je niets." "Misschien toch wel," zegt Dorus glimlachend. "Waar zijn je pampieren?" vraagt Strijkman brutaal en verward tevens.
't zou ook niet kwaad zijn, als je verhuisde; om de buren, weet je!" "Misschien." "Ergens naar toe, waar niemand je kent." "Dat kost geld...." "Dan moet je hem wennen aan den naam van Dorus. Kan hij lezen of schrijven?" "Wel neen, hij is nooit op school geweest." "Zoo! dat is goed, hè hè hè! heel goed." Strijkman wreef zich in de handen. "Dan moet hij er verder wat knapper uitzien...."
"Omdat je "krates" tegen me zegt; ik weet het wel, dat ik een bochel heb, maar jij hoeft het mij niet te zeggen." "Hè! hè! hè! Meneer is op zijn teentjes getrapt. Allo, gauw! kom er af." "Neen." "Wil je niet? Wacht ik zal je beenen maken." Strijkman grijpt een hondenzweep, die naast de bedstede hangt, en heft ze dreigend op.
"Kan hij zich niets meer van zijn vader herinneren?" "Niemendal, meneer, en van de pampieren ook niet: ik heb ze maar eens weer meegebracht. Wil u ze nog eens zien?" vraagt Strijkman, om aan des procureurs gedachten een andere wending te geven. "Dank je, 't heeft voorloopig volstrekt geen nut." "Och, kijkt u maar eens; 'k heb nu 't portretje ook meegenomen."
Hij grinnikte van pleizier en sloeg met beide handen op zijn deken. Eindelijk sliep Strijkman met het hoofd vol plannen in, en toen hij den volgenden morgen ontwaakte, meende hij nog, dat hij droomde, als hij aan het gebeurde van den vorigen avond dacht.
Voor anderhalf jaar geleden heb ik immers al gezegd, dat ik volstrekt geen idee in je heb. Begin je nu weer?" "Wat ik zeg, meen ik." "Ha! ha! ha! ha!" "Lach je daarom?" "Hè! hè! hè! hè! hij vraagt me voor den tweeden keer! Hè! hè! hè!" "'t Is niet om te lachen, vrouw Juttner!" "Neen, 't is om te huilen! Och, Strijkman, hou as-je-blieft op, ik zou me een ongeluk lachen."
Er is ruzie, hevige ruzie, allerlei verwarde stemmen schreeuwen dooreen, en duidelijk verstaat hij de woorden: "Vrouwenbeul! je moest je schamen je vrouw zoo te slaan." "Ik kan mijn eigen vrouw slaan, als ik wil; ze moet doen, wat ik zeg, en anders...." Strijkman luistert, aan de trapdeur staande. Wederom hoort hij die schrille stemmen.
"Als je zoetjes spreekt, niet. Maar, baas, wat wil je eigenlijk? Ik heb het speldje nog van mijn overleden man, en dus..." "Ik praat niet van dat lor," antwoordde Strijkman gejaagd, terwijl hij den minst gebrekkigen stoel nam en tegenover de vrouw aan tafel ging zitten. "Ik heb wat voor jou te verdienen!" "Zoo! Nou dat zal wat wezen! Jij bent de rechte er voor. Ja, je kijkt naar die flesch, hé?
Maar ik begrijp er eigenlijk niets van, en als u 't niet kwalijk neemt, zou ik wel willen, dat...." "Dus u teekent ook?" "Graag, meneer; maar ik wou wel eens hooren, wat..." "Later, juffrouw, later!" Met verbeten woede, maar angstig en bevend onderteekende Strijkman de verlangde verklaring.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek