Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 oktober 2025


Straten en Stratenus, met Straatsma, Stratingh en Straatjes, zijn patronymikale maagschapsnamen, waar de oud-germaansche, door Förstemann aangetoonde mansvóórnaam Strato aan ten grondslag ligt. In de lijsten van Wassenbergh vindt men dezen naam, Strate, als een friesche vermeld.

Op de derde lelie stond er geschreven, Als dat de zeven knechten haar hadden vermoord. De vader heeft de strate met messen doen beslaan, Om die zeven knechten er over te doen gaan. En dat mooie meisje teer, En dat mooie maagdetje! Zie Van Duyse, het Oude Nederl. Lied I, bl. 222; Lootens en Feys, Chants populaires flamands no. 43. Ook het dierensprookje is rijk vertegenwoordigd; zoo b.v.

Romaan slaapt.... En waar zijn de fleschkens? En de kleeren ook al? Ge doet me pijn, Madeleen. Zie ... wees niet kwaad ... ik heb schrik ... ik zie gedurig schimmen hergaan over de gordijnen. Ik weet wel dat het een doening is van de strate. 't Is me algelijk danig bang en ik kan soms niet slikken. 't Zal de werking van de koffie zijn. Ja, d

En zoo kwamme we dan eindelijk in Berge op Zoom, die vuile ongeluksstad, waar je geeneens 'n 1e- of 2e-rangs logement had, zoodat we weer verplicht ware gestoffeerd te gaan wone, en hier trok ik alle dag met me staf in uniform door die strate, om dat wantrouwe niet op te wekke.

Allerwege zag hij entwat, dat liefderijk was en goedheid asemde. De menschen op strate, de peerden en de honden.... Goedele keek ernaar, omdat hij er kon over klappen met zoo'n innigheid, zoo'n belang. Hij groef in hare hersens diepe prenten, een nieuwe vizie der dingen, en ze was nooit moe, ze hoorde hem aan met groote aandacht.

Binstdat ze de deurbelle deed rinkelen en zich nog aan 't verwonderen was over den lang-vergeten klank ervan, merkte ze achter zich, midden de strate, Justa. Justa beweerde dat ze juffrouw was gaan opzoeken, om wille van de vroege donkerte, en dat ze nu toch danig tevreden was dat juffrouw endelijk ongedeerd was thuis geraakt.

Ze vestigde hare aandacht op de lampe, die aan 't uitvonken was, en tante Olympe, ten halve slaperig, knikte dat ze alles wel zou in orde brengen, al lachend groetend: Tot morgen? Tot morgen. Het licht, dat in vierkante vlekken op de trappen spetterde, vernauwde subiet, en de deur klonk dichte. Ze geraakten op strate.

't Was terug de liefelijke, al-beheerschende stilte, de gulden stilte, waarlangs hunne gevoelens ommezweefden en nevenseen overentweere wiegden, beladen met de weelde hunner passie. Een logge wagen reed over de strate voorbij en traagzaam verwijderde zijn rollende wielrammeling.

Nog nooit had ze den weg zoo spoedig afgeleid, en, als ze bij Romaan kwam en zijn bevestigend antwoord ontvangen had, was ze weer gichtig om weg te zijn. Wat dreef haar? Ze drilde gretig over strate, en haar bloed joeg forsig ommedom. Op de brugge bleef ze een wijlken in onzekerheid staan.

Hij liep op goed geluk, de strate langs en was blij van weg te zijn, al beet de koude wind door de vele gaten van zijne versletene kleeren. Met koortsigen ijver hervatte Dille het werk aan de oude kousen. Zoo was het toch beter, de angst bleef er wel en de hoop was klein, maar kans was er altijd dat haren man iets zou vinden en 't een of 't ander naar huis brengen. Al moest hij het stelen!

Woord Van De Dag

bedrijfsjaar

Anderen Op Zoek