United States or Eritrea ? Vote for the TOP Country of the Week !


Reeds in 222 is het beeld, dat ± 30 Meter hoog was, tengevolge van een aardbeving ingestort, en zijn de overblijfselen blijven liggen, totdat ze in den byzantijnschen tijd door een arabisch generaal aan een Jood verkocht zijn, die voor het vervoer de beschikking noodig had over 900 kameellasten.

Ik heb daarover, in verband met het leven des vereerden dichters, meer uitvoerig gehandeld in den Friesche Volks-Almanak voor 1837, 50. Aant. 21, op bladz. 222. De Friesche Staatstwisten,

Het stond naast den ingang der haven en was meer dan 30 meter hoog; slechts weinigen konden de duimen omvatten. In de eene, uitgestrekte hand droeg het een vuurbekken, dat des avonds werd aangestoken. De maker was Chares van Lindus z.a. no. 2. In 278 opgericht, werd het in 222 door eene hevige aardbeving, die bijna de geheele stad verwoestte, omvergeworpen.

Vgl. VI, 166; I, , 181; III, 169; ook nog: I, , 10; III, 26, 48, 116. Vgl. ook III, 59-60: "En daer an en leghet niet allene" enz. Deze plaats is te vinden V, 20. Een voorbeeld van alliteratie III, 121. Voorbeelden van eindrijm zijn talrijk; vgl. o.a.: VI, 246; I, 49, 50, 60, 96; 133, 143, 151; II, , 222, 240-1. Vgl. andere voorbeelden in Jan van Ruusbroec's Taal en Stijl door Dr. H. CLAEYS, pr.

Die tempel, omstreeks 105 vóór Christus gebouwd, aan de kust der zee, maar ver boven den waterspiegel, en door Septimius Severus met kostbaar marmer versierd tusschen de jaren 194 en 211 na Christus, later weder door Severus Alexander tusschen 222 en 235 verfraaid, werd door Alarik in 410 en door Genserik in 445 verwoest. De bodem, waarop die tempel gebouwd is, is onder den waterspiegel gedaald.

Viridomarus, aanvoerder van de door de insubrische Galliërs te hulp geroepen Gaesaten, in 222 door den rom. consul M. Claudius Marcellus eigenhandig in den strijd doorstoken. Viriplaca, misschien een bijnaam van Venus, eene godin, die vrede sticht tusschen twistende echtgenooten. Viromandui, gallisch volk in het tegenw. Vermandois.

In 1700 bestond de bevolking uit 418 mannen, 222 vrouwen, 310 dochters en 295 zonen . Men ziet hieruit dus, dat de Heren Zeventien hun maatregelen hadden genomen, dat de réfugiés nooit een gevaar voor »het welvaren der Bewinthebberen" zouden worden.

L'epistre au dieu d'amours, II p. 14. Quinze joyes de mariage, p. 222. Oeuvres poétiques, I p. 237, no. 26. Geen tijd heeft de doodsgedachte met zooveel nadruk voortdurend aan allen opgedrongen als de vijftiende eeuw. Zonder ophouden klinkt door het leven de roep van het memento mori.

Op de derde lelie stond er geschreven, Als dat de zeven knechten haar hadden vermoord. De vader heeft de strate met messen doen beslaan, Om die zeven knechten er over te doen gaan. En dat mooie meisje teer, En dat mooie maagdetje! Zie Van Duyse, het Oude Nederl. Lied I, bl. 222; Lootens en Feys, Chants populaires flamands no. 43. Ook het dierensprookje is rijk vertegenwoordigd; zoo b.v.

Perceforest, bij Quatrebarbes, Oeuvres du roi René II p. xciv. Des trois chevaliers et del chainse, van Jakes de Baisieux, ed. Scheler, Trouvères belges I, 1876, p. 162. Rel. de S. Denis, I p. 594ss.; Juvenal des Ursins, p. 379. Dionysii Cartusiani Opera t. XXXVI p. 206. Deschamps, I p. 222, no. 108, I p. 223, no. 109. Journal d'un bourgeois de Paris, p. 59, 56.